German

Detailed Translations for akzentuieren from German to Dutch

akzentuieren:

akzentuieren verb

  1. akzentuieren (betonen)
    benadrukken; accentueren
    • benadrukken verb (benadruk, benadrukt, benadrukte, benadrukten, benadrukt)
    • accentueren verb (accentueer, accentueert, accentueerde, accentueerden, geaccentueerd)

Translation Matrix for akzentuieren:

VerbRelated TranslationsOther Translations
accentueren akzentuieren; betonen aufklären; auseinandersetzen; auslegen; erklären; interpretieren; klären; verdeutlichen
benadrukken akzentuieren; betonen Nachdruck verleihen

Synonyms for "akzentuieren":


Wiktionary Translations for akzentuieren:

akzentuieren
verb
  1. (transitiv): etwas stark betonen, deutlich hervorheben; einen Akzent setzen

Cross Translation:
FromToVia
akzentuieren beklemtonen; accentueren accentuate — to pronounce with an accent
akzentuieren nadruk; leggen; op; benadrukken; met nadruk zeggen; nadruk leggen op; accentueren; beklemtonen; de klemtoon leggen op accentuermarquer d’un accent.
akzentuieren opmerken; opmerkzaam maken; signaleren; goed doen uitkomen; met nadruk zeggen; nadruk leggen op; accentueren; beklemtonen; de klemtoon leggen op soulignertirer une ligne sous un mot, ou sous plusieurs mots.