Summary
German to Dutch:   more detail...
  1. verbringen:


German

Detailed Translations for verbringen from German to Dutch

verbringen: (*Using Word and Sentence Splitter)

verbringen:


Synonyms for "verbringen":


Wiktionary Translations for verbringen:

verbringen
  1. besonders mit Angaben von Zeit und Zeiträumen (Jugend, Alter, Leben, Ferien, Wochenende, usw.): eine Zeitdauer verstreichen lassen
  2. verbringen mit: beschäftigt sein; sich einer Sache widmen

Cross Translation:
FromToVia
verbringen schenken; geven; doneren; aandoen; aandraaien; aansteken; schakelen; inschakelen; aanbotsen; geduwd worden; zich stoten; aangeven; aanreiken; doorbrengen; verdrijven; uitgaan; uitkomen; uitlopen; uitstappen; uitstijgen; uittreden; opbrengen; toebrengen; toekennen; verlenen donner — Faire un don ; transférer, sans rétribution, la propriété d’une chose que l’on posséder ou dont on jouir, à une autre personne.