Home ->Dictionaries ->German/Dutch ->Translate Handelsgeschäft

Translate Handelsgeschäft from German to Dutch

Summary
German to Dutch:   more detail...
  1. Handelsgeschäft:

German

Detailed Translations for Handelsgeschäft from German to Dutch

Handelsgeschäft:

Handelsgeschäft [das ~] noun

  1. Handelsgeschäft
    de handelsonderneming; de handelszaak; de zaak
  2. Handelsgeschäft
    handelsverrichting
  3. Handelsgeschäft (Handelsgesellschaft; Handelsunternehmen)
    de onderneming; de corporatie; de handelsvereniging; handelsvennootschap; de handelsonderneming; de handelsmaatschappij

Translation Matrix for Handelsgeschäft:

NounRelated TranslationsOther Translations
corporatie Handelsgeschäft; Handelsgesellschaft; Handelsunternehmen
handelsmaatschappij Handelsgeschäft; Handelsgesellschaft; Handelsunternehmen Handelsgesellschaft
handelsonderneming Handelsgeschäft; Handelsgesellschaft; Handelsunternehmen Handelsunternehmen
handelsvennootschap Handelsgeschäft; Handelsgesellschaft; Handelsunternehmen
handelsvereniging Handelsgeschäft; Handelsgesellschaft; Handelsunternehmen
handelszaak Handelsgeschäft Firmenwert
onderneming Handelsgeschäft; Handelsgesellschaft; Handelsunternehmen Betrieb; Firma; Genossenschaft; Geschäftsbetrieb; Gesellschaft; Gesellschaftsfirma; Großunternehmen; Handelsgesellschaft; Handelsunternehmen; Holding; Holdinggesellschaft; Konzern; LORG; Unternehmen
zaak Handelsgeschäft Affäre; Angelegenheit; Artikel; Betrieb; Ding; Firma; Frage; Gegenstand; Gegenstände; Gerät; Geschäft; Geschäfte; Geschäftsbetrieb; Handel; Handelsbetrieb; Handelsunternehmen; Holding; Holdinggesellschaft; Laden; Objekt; Sache; Sachen; Transaktion; Unternehmen; Ware; Zeug
OtherRelated TranslationsOther Translations
handelsverrichting Handelsgeschäft







Your free, fast, and simple translation dictionary

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Page served in 0.0372 seconds
Page rendered in 1.0 seconds