Summary
Dutch to German:   more detail...
  1. typeren:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for typeren from Dutch to German

typeren:

typeren verb (typeer, typeert, typeerde, typeerden, getypeerd)

  1. typeren (kenschetsen; karakteriseren; kenmerken)
    kennzeichnen; markieren; charakterisieren; beschreiben; bezeichnen
    • kennzeichnen verb (kennzeichne, kennzeichnst, kennzeichnt, kennzeichnte, kennzeichntet, gekennzeichnet)
    • markieren verb (markiere, markierst, markiert, markierte, markiertet, markiert)
    • charakterisieren verb (charakterisiere, charakterisierst, charakterisiert, charakterisierte, charakterisiertet, charakterisiert)
    • beschreiben verb (beschreibe, beschreibst, beschreibt, beschrieb, beschriebt, beschrieben)
    • bezeichnen verb (bezeichne, bezeichnest, bezeichnet, bezeichnete, bezeichnetet, bezeichnet)
  2. typeren (karakteriseren; kenmerken; tekenen; kenschetsen)
    kennzeichnen; charakterisieren; bezeichnen
    • kennzeichnen verb (kennzeichne, kennzeichnst, kennzeichnt, kennzeichnte, kennzeichntet, gekennzeichnet)
    • charakterisieren verb (charakterisiere, charakterisierst, charakterisiert, charakterisierte, charakterisiertet, charakterisiert)
    • bezeichnen verb (bezeichne, bezeichnest, bezeichnet, bezeichnete, bezeichnetet, bezeichnet)

Conjugations for typeren:

o.t.t.
  1. typeer
  2. typeert
  3. typeert
  4. typeren
  5. typeren
  6. typeren
o.v.t.
  1. typeerde
  2. typeerde
  3. typeerde
  4. typeerden
  5. typeerden
  6. typeerden
v.t.t.
  1. ben getypeerd
  2. bent getypeerd
  3. is getypeerd
  4. zijn getypeerd
  5. zijn getypeerd
  6. zijn getypeerd
v.v.t.
  1. was getypeerd
  2. was getypeerd
  3. was getypeerd
  4. waren getypeerd
  5. waren getypeerd
  6. waren getypeerd
o.t.t.t.
  1. zal typeren
  2. zult typeren
  3. zal typeren
  4. zullen typeren
  5. zullen typeren
  6. zullen typeren
o.v.t.t.
  1. zou typeren
  2. zou typeren
  3. zou typeren
  4. zouden typeren
  5. zouden typeren
  6. zouden typeren
diversen
  1. typeer!
  2. typeert!
  3. getypeerd
  4. typerend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for typeren:

VerbRelated TranslationsOther Translations
beschreiben karakteriseren; kenmerken; kenschetsen; typeren afschilderen; beschrijven; nader omschrijven; omschrijven; preciseren; schetsen; weergeven
bezeichnen karakteriseren; kenmerken; kenschetsen; tekenen; typeren
charakterisieren karakteriseren; kenmerken; kenschetsen; tekenen; typeren
kennzeichnen karakteriseren; kenmerken; kenschetsen; tekenen; typeren aankruisen; bepalen; branden; brandmerken; definiëren; inbranden; keurmerken; markeren; merken; omschrijven; van stigma's voorzien
markieren karakteriseren; kenmerken; kenschetsen; typeren aankruisen; branden; brandmerken; een melding geven; inbranden; markeren; merken; selecteren; taggen; van stigma's voorzien

Wiktionary Translations for typeren:

typeren
  1. charakteristisch für etwas/jemanden sein
verb
  1. ‚etwas charakterisiert jemanden:‘ für jemanden typisch, kennzeichnend sein
  2. einen Sachverhalt in Worten wiedergeben