Dutch

Detailed Translations for verderven from Dutch to German

verderven:

verderven verb (verderf, verderft, verdierf, verdierven, verdorven)

  1. verderven (corrumperen)
    entstellen; entarten; korrumpieren
    • entstellen verb (entstelle, entstellst, entstellt, entstellte, entstelltet, entstellt)
    • entarten verb (entarte, entartest, entartet, entartete, entartetet, entartet)
    • korrumpieren verb (korrumpiere, korrumpierst, korrumpiert, korrumpierte, korrumpiertet, korrumpiert)
  2. verderven (degenereren; achteruitgaan; verworden)
    verderben; abarten; abnehmen; ausarten; entarten; degenerieren
    • verderben verb (verderbe, verdirbst, verdirbt, verdarb, verdarbt, verdorben)
    • abarten verb
    • abnehmen verb (nehme ab, nimmst ab, nimmt ab, nahm ab, nahmt ab, abgenommen)
    • ausarten verb (arte aus, artest aus, artet aus, artete aus, artetet aus, ausgeartet)
    • entarten verb (entarte, entartest, entartet, entartete, entartetet, entartet)
  3. verderven (ontaarden; degenereren; achteruitgaan; verworden)
    abarten; zurückgehen; ausarten; entarten; heruntermachen; verleiden; zurücklaufen; aus der Art schlagen
    • abarten verb
    • zurückgehen verb (gehe zurück, gehst zurück, geht zurück, gang zurück, ganget zurück, zurückgegangen)
    • ausarten verb (arte aus, artest aus, artet aus, artete aus, artetet aus, ausgeartet)
    • entarten verb (entarte, entartest, entartet, entartete, entartetet, entartet)
    • heruntermachen verb (mache herunter, machst herunter, macht herunter, machte herunter, machtet herunter, heruntergemacht)
    • verleiden verb (verleide, verleidest, verleidet, verleidete, verleidetet, verleidet)
    • zurücklaufen verb (laufe zurück, läufst zurück, läuft zurück, lief zurück, liefet zurück, zurückgelaufen)
    • aus der Art schlagen verb (schlage aus der Art, schlägst aus der Art, schlägt aus der Art, schlug aus der Art, schlugt aus der Art, aus der Art geschlagen)

Conjugations for verderven:

o.t.t.
  1. verderf
  2. verderft
  3. verderft
  4. verderven
  5. verderven
  6. verderven
o.v.t.
  1. verdierf
  2. verdierf
  3. verdierf
  4. verdierven
  5. verdierven
  6. verdierven
v.t.t.
  1. ben verdorven
  2. bent verdorven
  3. is verdorven
  4. zijn verdorven
  5. zijn verdorven
  6. zijn verdorven
v.v.t.
  1. was verdorven
  2. was verdorven
  3. was verdorven
  4. waren verdorven
  5. waren verdorven
  6. waren verdorven
o.t.t.t.
  1. zal verderven
  2. zult verderven
  3. zal verderven
  4. zullen verderven
  5. zullen verderven
  6. zullen verderven
o.v.t.t.
  1. zou verderven
  2. zou verderven
  3. zou verderven
  4. zouden verderven
  5. zouden verderven
  6. zouden verderven
en verder
  1. heb verdorven
  2. hebt verdorven
  3. heeft verdorven
  4. hebben verdorven
  5. hebben verdorven
  6. hebben verdorven
diversen
  1. verderf!
  2. verderft!
  3. verdorven
  4. verdervend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for verderven:

VerbRelated TranslationsOther Translations
abarten achteruitgaan; degenereren; ontaarden; verderven; verworden ontaarden; uitlopen op
abnehmen achteruitgaan; degenereren; verderven; verworden afdekken; afhalen; afnemen; afruimen; afslanken; aftappen; bederven; beroven; beroven van; bestelen; biertappen; depriveren; in de war sturen; inkrimpen; inzakken; kleiner worden; lijnen; meenemen; nekken; ontnemen; ophalen; opruimen; ruïneren; slinken; sterk afnemen; tappen; te kort doen; teruglopen; vallen; verzieken; weghalen; wegnemen
aus der Art schlagen achteruitgaan; degenereren; ontaarden; verderven; verworden
ausarten achteruitgaan; degenereren; ontaarden; verderven; verworden ontaarden; uitdraaien op iets; uitlopen; uitlopen op; uitpakken
degenerieren achteruitgaan; degenereren; verderven; verworden
entarten achteruitgaan; corrumperen; degenereren; ontaarden; verderven; verworden afwisselen; herzien; ontaarden; uitlopen op; veranderen; verbasteren; vervormen; verwisselen; wijzigen
entstellen corrumperen; verderven mismaken; misvormen; verbasteren; verdraaien; verminken; vertekenen; vervormen
heruntermachen achteruitgaan; degenereren; ontaarden; verderven; verworden afkraken; katten; kraken; kritiseren
korrumpieren corrumperen; verderven corrumperen; omkopen
verderben achteruitgaan; degenereren; verderven; verworden afbreken; bederven; ruineren; slopen; stukmaken; verbroddelen; verdoen; vergallen; verklungelen; verknallen; verknoeien; vernielen; vernietigen; verpesten; verspillen; verwoesten; verzieken
verleiden achteruitgaan; degenereren; ontaarden; verderven; verworden iets vergallen; verknoeien
zurückgehen achteruitgaan; degenereren; ontaarden; verderven; verworden achteruitgaan; afglijden; afnemen; aftakelen; afzakken; bederven; bezwijken; dateren; declineren; in de war sturen; inkrimpen; instorten; inzinken; kleiner worden; minder worden; nekken; ruïneren; slinken; tenondergaan; teruggaan; teruggrijpen; vergaan; verrotten; verteren; vervallen; verzieken; wederkeren; weerkeren; wegglijden; wegrotten; wegzinken; zinken
zurücklaufen achteruitgaan; degenereren; ontaarden; verderven; verworden achteruitgaan; bederven; bezwijken; in de war sturen; instorten; nekken; ruïneren; tenondergaan; teruggaan; vergaan; verrotten; verteren; verzieken; wegrotten; zinken
ModifierRelated TranslationsOther Translations
ausarten verbasterd

Wiktionary Translations for verderven:


Cross Translation:
FromToVia
verderven korrumpieren; verderben corrupt — to change from good to bad
verderven senken; absenken; herablassen; erniedrigen; entwürdigen; diskreditieren; in Misskredit bringen; in Verruf bringen; reduzieren; umbringen; verderben; streichen; demütigen abaisser — Mettre en position plus basse, faire descendre, diminuer la hauteur.