Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. kuif:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for kuif from Dutch to English

kuif:

kuif [de ~] noun

  1. de kuif (hanenkam)
    the Mohican haircut; the crest
  2. de kuif (haarkuif)
    the tuft; the forelock; the hair lock; the lock

Translation Matrix for kuif:

NounRelated TranslationsOther Translations
Mohican haircut hanenkam; kuif
crest hanenkam; kuif bergspits; centrumspits; dakvorst; helmbos; heuvelkam; heuvelrug; heuveltop; hoogst haalbare; hoogste punt; kruin; nok; schuimkop; spits; top; vederbos
forelock haarkuif; kuif
hair lock haarkuif; kuif haarsliert
lock haarkuif; kuif deurslot; geheel van sluizen; klamp; koeklauw; krul; krullende haarlok; krulletje; sas; schutsluisje; slot; sluis; sluiswerk; sluiswerken; verlaat
tuft haarkuif; kuif
VerbRelated TranslationsOther Translations
lock aandraaien; afgrendelen; afsluiten; borgen; dichtdoen; dichtmaken; door draaien vastmaken; grendelen; locken; op slot doen; op slot zetten; schutten; sluiten; vergrendelen

Related Words for "kuif":


Wiktionary Translations for kuif:

kuif
noun
  1. animal’s or bird’s tuft