Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. verder lopen:


Dutch

Detailed Translations for verder lopen from Dutch to English

verder lopen:

verder lopen verb (loop verder, loopt verder, liep verder, liepen verder, verder gelopen)

  1. verder lopen (doorlopen; verdergaan; voortgaan; avanceren)
    to go on
    • go on verb (goes on, went on, going on)

Conjugations for verder lopen:

o.t.t.
  1. loop verder
  2. loopt verder
  3. loopt verder
  4. lopen verder
  5. lopen verder
  6. lopen verder
o.v.t.
  1. liep verder
  2. liep verder
  3. liep verder
  4. liepen verder
  5. liepen verder
  6. liepen verder
v.t.t.
  1. ben verder gelopen
  2. bent verder gelopen
  3. is verder gelopen
  4. zijn verder gelopen
  5. zijn verder gelopen
  6. zijn verder gelopen
v.v.t.
  1. was verder gelopen
  2. was verder gelopen
  3. was verder gelopen
  4. waren verder gelopen
  5. waren verder gelopen
  6. waren verder gelopen
o.t.t.t.
  1. zal verder lopen
  2. zult verder lopen
  3. zal verder lopen
  4. zullen verder lopen
  5. zullen verder lopen
  6. zullen verder lopen
o.v.t.t.
  1. zou verder lopen
  2. zou verder lopen
  3. zou verder lopen
  4. zouden verder lopen
  5. zouden verder lopen
  6. zouden verder lopen
en verder
  1. heb verder gelopen
  2. hebt verder gelopen
  3. heeft verder gelopen
  4. zijn verder gelopen
  5. zijn verder gelopen
  6. zijn verder gelopen
diversen
  1. loop verder!
  2. loopt verder!
  3. verder gelopen
  4. verder lopend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for verder lopen:

VerbRelated TranslationsOther Translations
go on avanceren; doorlopen; verder lopen; verdergaan; voortgaan aanhouden; continueren; contract aangaan; doorgaan; een stapje verder gaan; prolongeren; verdergaan; vervolgen; voortgaan; voortzetten

Related Translations for verder lopen