Summary
Dutch to Spanish:   more detail...
  1. bemoeien:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for bemoeien from Dutch to Spanish

bemoeien:

bemoeien verb (bemoei, bemoeit, bemoeide, bemoeiden, bemoeid)

  1. bemoeien (mengen; inmengen)

Conjugations for bemoeien:

o.t.t.
  1. bemoei
  2. bemoeit
  3. bemoeit
  4. bemoeien
  5. bemoeien
  6. bemoeien
o.v.t.
  1. bemoeide
  2. bemoeide
  3. bemoeide
  4. bemoeiden
  5. bemoeiden
  6. bemoeiden
v.t.t.
  1. heb bemoeid
  2. hebt bemoeid
  3. heeft bemoeid
  4. hebben bemoeid
  5. hebben bemoeid
  6. hebben bemoeid
v.v.t.
  1. had bemoeid
  2. had bemoeid
  3. had bemoeid
  4. hadden bemoeid
  5. hadden bemoeid
  6. hadden bemoeid
o.t.t.t.
  1. zal bemoeien
  2. zult bemoeien
  3. zal bemoeien
  4. zullen bemoeien
  5. zullen bemoeien
  6. zullen bemoeien
o.v.t.t.
  1. zou bemoeien
  2. zou bemoeien
  3. zou bemoeien
  4. zouden bemoeien
  5. zouden bemoeien
  6. zouden bemoeien
diversen
  1. bemoei!
  2. bemoeit!
  3. bemoeid
  4. bemoeiend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for bemoeien:

VerbRelated TranslationsOther Translations
entremeterse bemoeien; inmengen; mengen
intervenir en bemoeien; inmengen; mengen bemiddelen; ingrijpen; interfereren; interrumperen; interveniëren; meedoen; meespelen; tussenbeide komen; tussenkomen
meterse con bemoeien; inmengen; mengen
meterse en bemoeien; inmengen; mengen
mezclarse bemoeien; inmengen; mengen dooreenmengen; ineenlopen; mengen; vermengen
tomar cartas en bemoeien; inmengen; mengen

Wiktionary Translations for bemoeien:

bemoeien
verb
  1. zich inlaten met zaken waar men niets mee te maken heeft
  2. zich bekommeren om iemand

Cross Translation:
FromToVia
bemoeien injerirse; inmiscuirse; entrometerse meddle — to interfere in affairs