Dutch

Detailed Translations for opkruisen from Dutch to Spanish

opkruisen:


Translation Matrix for opkruisen:

NounRelated TranslationsOther Translations
bordear laveren
cruzar overlopen; oversteken
VerbRelated TranslationsOther Translations
bandearse opkruisen; oplaveren laveren; schipperen
bordear opkruisen; oplaveren afzetten; koers zetten naar; koersen naar; kruisen; laveren; omranden; tegen de wind in varen
clavar opkruisen; oplaveren aantasten; aanvreten; bederven; beschadigen; klinken; spijkeren; timmeren; vastnagelen; vastslaan; vastspijkeren
contemporizar opkruisen; oplaveren laveren; schipperen
crucificar opkruisen; oplaveren een kruis slaan; kruisen; kruisigen
cruzar opkruisen; oplaveren doorhakken; doorhouwen; doorklieven; doormidden hakken; dwars oversteken; een kruis slaan; in tweeën houwen; keperen; klieven; kloven; kruisen; overgaan; oversteken
dar una de cal y otra de arena opkruisen; oplaveren
maniobrar opkruisen; oplaveren beroeren; bewegen; exerceren; in beweging brengen; koers zetten naar; koersen naar; manoeuvreren; marcheren
nadar y guardar la ropa opkruisen; oplaveren
navegar opkruisen; oplaveren bevaren; koers zetten naar; koersen naar; kruisen; laveren; navigeren; stevenen; tegen de wind in varen; varen; zeilen
transigir opkruisen; oplaveren
virar de bordo opkruisen; oplaveren