Summary
Dutch to Spanish:   more detail...
  1. ten einde lopen:


Dutch

Detailed Translations for ten einde lopen from Dutch to Spanish

ten einde lopen:

ten einde lopen verb (loop ten einde, loopt ten einde, liep ten einde, liepen ten einde, ten einde gelopen)

  1. ten einde lopen (eindigen; aflopen)

Conjugations for ten einde lopen:

o.t.t.
  1. loop ten einde
  2. loopt ten einde
  3. loopt ten einde
  4. lopen ten einde
  5. lopen ten einde
  6. lopen ten einde
o.v.t.
  1. liep ten einde
  2. liep ten einde
  3. liep ten einde
  4. liepen ten einde
  5. liepen ten einde
  6. liepen ten einde
v.t.t.
  1. ben ten einde gelopen
  2. bent ten einde gelopen
  3. is ten einde gelopen
  4. zijn ten einde gelopen
  5. zijn ten einde gelopen
  6. zijn ten einde gelopen
v.v.t.
  1. was ten einde gelopen
  2. was ten einde gelopen
  3. was ten einde gelopen
  4. waren ten einde gelopen
  5. waren ten einde gelopen
  6. waren ten einde gelopen
o.t.t.t.
  1. zal ten einde lopen
  2. zult ten einde lopen
  3. zal ten einde lopen
  4. zullen ten einde lopen
  5. zullen ten einde lopen
  6. zullen ten einde lopen
o.v.t.t.
  1. zou ten einde lopen
  2. zou ten einde lopen
  3. zou ten einde lopen
  4. zouden ten einde lopen
  5. zouden ten einde lopen
  6. zouden ten einde lopen
diversen
  1. loop ten einde!
  2. loopt ten einde!
  3. ten einde gelopen
  4. ten einde lopend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for ten einde lopen:

NounRelated TranslationsOther Translations
acabar afmaken; afwerken
terminar afmaken; afwerken; afwikkelen; uitpraten; uitpraten tot het eind; uitspreken; zaakafwikkeling
VerbRelated TranslationsOther Translations
acabar aflopen; eindigen; ten einde lopen afkrijgen; afmaken; afronden; afsluiten; afwerken; belanden; beëindigen; completeren; een einde maken aan; eindigen; figureren; geraken; klaarkrijgen; klaarmaken; ledigen; leegdrinken; leegmaken; opdrinken; opgebruiken; ophouden; opkrijgen; opmaken; stoppen; terechtkomen; uitdrinken; uithebben; uitkrijgen; verzeilen; volbrengen; volmaken; voltooien
terminar aflopen; eindigen; ten einde lopen afdoen; afkijken; afkrijgen; aflopen; afmaken; afronden; afsluiten; afwerken; beslissen; besluiten; beëindigen; completeren; doden; doodmaken; doodslaan; een einde maken aan; eindigen; erdoor jagen; ermee uitscheiden; in orde maken; klaarkrijgen; klaarmaken; klaren; laatste gedeelte afmaken; ledigen; leegdrinken; leeghalen; leegmaken; legen; liquideren; naar einde toewerken; ombrengen; opdrinken; opgebruiken; opgeven; ophouden; opkrijgen; opmaken; oproken; perfectioneren; regelen; spieken; staken; stoppen; teneindelopen; uitdrinken; uithebben; uitkrijgen; uitraken; uitscheiden; van kant maken; vermoorden; vervolledigen; vervolmaken; volbrengen; volledig maken; volmaken; voltooien

Related Translations for ten einde lopen