Dutch

Detailed Translations for bedanken from Dutch to French

bedanken:

bedanken verb (bedank, bedankt, bedankte, bedankten, bedankt)

  1. bedanken (danken)
    remercier; refuser; abandonner; annuler; résilier; dénier; rejeter
    • remercier verb (remercie, remercies, remercions, remerciez, )
    • refuser verb (refuse, refuses, refusons, refusez, )
    • abandonner verb (abandonne, abandonnes, abandonnons, abandonnez, )
    • annuler verb (annule, annules, annulons, annulez, )
    • résilier verb (résilie, résilies, résilions, résiliez, )
    • dénier verb (dénie, dénies, dénions, déniez, )
    • rejeter verb (rejette, rejettes, rejetons, rejetez, )
  2. bedanken (dank betuigen; danken)
    remercier; devoir à
    • remercier verb (remercie, remercies, remercions, remerciez, )
    • devoir à verb
  3. bedanken (abstineren; onthouden; afwijzen; afwimpelen; afslaan)
    repousser; rejeter; refuser; s'abstenir; s'abstenir de
    • repousser verb (repousse, repousses, repoussons, repoussez, )
    • rejeter verb (rejette, rejettes, rejetons, rejetez, )
    • refuser verb (refuse, refuses, refusons, refusez, )
    • s'abstenir verb

Conjugations for bedanken:

o.t.t.
  1. bedank
  2. bedankt
  3. bedankt
  4. bedanken
  5. bedanken
  6. bedanken
o.v.t.
  1. bedankte
  2. bedankte
  3. bedankte
  4. bedankten
  5. bedankten
  6. bedankten
v.t.t.
  1. heb bedankt
  2. hebt bedankt
  3. heeft bedankt
  4. hebben bedankt
  5. hebben bedankt
  6. hebben bedankt
v.v.t.
  1. had bedankt
  2. had bedankt
  3. had bedankt
  4. hadden bedankt
  5. hadden bedankt
  6. hadden bedankt
o.t.t.t.
  1. zal bedanken
  2. zult bedanken
  3. zal bedanken
  4. zullen bedanken
  5. zullen bedanken
  6. zullen bedanken
o.v.t.t.
  1. zou bedanken
  2. zou bedanken
  3. zou bedanken
  4. zouden bedanken
  5. zouden bedanken
  6. zouden bedanken
diversen
  1. bedank!
  2. bedankt!
  3. bedankt
  4. bedankende
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for bedanken:

NounRelated TranslationsOther Translations
annuler afbestellen; annuleren
VerbRelated TranslationsOther Translations
abandonner bedanken; danken afbestellen; afbreken; afgelasten; afhaken; afstand doen; afvallen; afzeggen; afzien; afzien van; annuleren; de brui geven aan; ermee uitscheiden; eruitstappen; gaan; heengaan; in de steek laten; intrekken; nietig verklaren; opbreken; opgeven; ophouden; opstappen; staken; stoppen; uitscheiden; verlaten; vertrekken; verwijderen; weggaan
annuler bedanken; danken afbestellen; afblazen; afgelasten; afspraak afzeggen; afzeggen; annuleren; delgen; intrekken; nietig verklaren; nullificeren; omruilen; omwisselen; ondervangen; ongedaan maken; ongeldig maken; opheffen; retourneren; ruilen; te niet doen; teniet doen; tenietdoen; terugbrengen; terugdraaien; teruggeven; terugschroeven; terugzenden; verijdelen; vernietigen; verwijderen; verwisselen; wisselen
devoir à bedanken; dank betuigen; danken danken; te danken hebben
dénier bedanken; danken declineren; vertikken; weigeren
refuser abstineren; afslaan; afwijzen; afwimpelen; bedanken; danken; onthouden afkeuren; afschepen; afwijzen; afwimpelen; laten passeren; terzijde schuiven; verbieden; veroordelen; versmaden; wegsturen; weigeren
rejeter abstineren; afslaan; afwijzen; afwimpelen; bedanken; danken; onthouden afketsen; afschepen; afschuiven; afstemmen; afweren; afwijzen; afwimpelen; declineren; laten passeren; spruiten; teruggooien; terugwerpen; terugwijzen; uitschieten; uitschieten plantkunde; verdedigen; versmaden; verstoten; vertikken; verwaarlozen; verweren; verwerpen; wegcijferen; wegstemmen; wegsturen; weigeren; weren
remercier bedanken; dank betuigen; danken danken; te danken hebben
repousser abstineren; afslaan; afwijzen; afwimpelen; bedanken; onthouden afduwen; afhouden; afketsen; afkeuren; afnemen; afschepen; afschrikken; afstemmen; afweren; afwijzen; afwimpelen; afzonderen; bang maken; buitensluiten; ecarteren; evacueren; laten passeren; leegruimen; lichten; ontruimen; opduwen; opschorten; opschuiven; plaats maken; rekken; schuivend verplaatsen; terugdrijven; terugdringen; terughouden; terugwijzen; uitsluiten; uitstellen; verdedigen; verplaatsen; verschrikken; verschuiven; versmaden; verstoten; vertragen; vervreemden; verweren; verwerpen; verwijderen; verzetten; voor zich uitschuiven; wegbrengen; wegdoen; wegdringen; wegdrukken; wegduwen; weghalen; wegnemen; wegschuiven; wegstemmen; wegsturen; wegwerken; weren
résilier bedanken; danken afbestellen; afgelasten; afsluiten; afzeggen; annuleren; beëindigen; een einde maken aan; eindigen; intrekken; nietig verklaren; ontbinden; opheffen; ophouden; stoppen; uiteen doen gaan
s'abstenir abstineren; afslaan; afwijzen; afwimpelen; bedanken; onthouden abstineren; vasten
s'abstenir de abstineren; afslaan; afwijzen; afwimpelen; bedanken; onthouden abstineren; vasten; zich onthouden
- danken

Synonyms for "bedanken":


Related Definitions for "bedanken":

  1. zeggen dat je er blij mee bent1
    • ik bedankte hem voor het cadeau1

Wiktionary Translations for bedanken:

bedanken
verb
  1. erkentelijkheid tot uitdrukking brengen
  2. weigeren aan te nemen
  3. een lidmaatschap of abonnement opzeggen