Summary
Dutch to French:   more detail...
  1. erkennen:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for erkennen from Dutch to French

erkennen:

erkennen verb (erken, erkent, erkende, erkenden, erkend)

  1. erkennen (als waar erkennen; toegeven)
    admettre; avouer; reconnaître; céder
    • admettre verb (admets, admet, admettons, admettez, )
    • avouer verb (avoue, avoues, avouons, avouez, )
    • reconnaître verb (reconnais, reconnaît, reconnaissons, reconnaissez, )
    • céder verb (cède, cèdes, cédons, cédez, )

Conjugations for erkennen:

o.t.t.
  1. erken
  2. erkent
  3. erkent
  4. erkennen
  5. erkennen
  6. erkennen
o.v.t.
  1. erkende
  2. erkende
  3. erkende
  4. erkenden
  5. erkenden
  6. erkenden
v.t.t.
  1. heb erkend
  2. hebt erkend
  3. heeft erkend
  4. hebben erkend
  5. hebben erkend
  6. hebben erkend
v.v.t.
  1. had erkend
  2. had erkend
  3. had erkend
  4. hadden erkend
  5. hadden erkend
  6. hadden erkend
o.t.t.t.
  1. zal erkennen
  2. zult erkennen
  3. zal erkennen
  4. zullen erkennen
  5. zullen erkennen
  6. zullen erkennen
o.v.t.t.
  1. zou erkennen
  2. zou erkennen
  3. zou erkennen
  4. zouden erkennen
  5. zouden erkennen
  6. zouden erkennen
en verder
  1. ben erkend
  2. bent erkend
  3. is erkend
  4. zijn erkend
  5. zijn erkend
  6. zijn erkend
diversen
  1. erken!
  2. erkent!
  3. erkend
  4. erkennend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for erkennen:

VerbRelated TranslationsOther Translations
admettre als waar erkennen; erkennen; toegeven aannemen; aantrekken; aanvaarden; accepteren; afgeven; autoriseren; bekennen; binnen laten; dulden; duren; erop achteruitgaan; gedogen; geld inleveren; goedkeuren; goedvinden; gunnen; iemand toelaten; inlaten; inleveren; inwilligen; laten; overhandigen; permitteren; rekruteren; ronselen; toegang verschaffen; toelaten; toestaan; toestemmen; tolereren; vergunnen
avouer als waar erkennen; erkennen; toegeven bekennen; biechten; opbiechten
céder als waar erkennen; erkennen; toegeven afleggen; afstaan; bezwijken; cadeau doen; cadeau geven; capituleren; doorbuigen; doorzakken; het onderspit delven; opgeven; overgeven; schenken; strijd verliezen; tenondergaan; uitleveren; wijken; zich overgeven; zwichten
reconnaître als waar erkennen; erkennen; toegeven aftasten; autoriseren; beseffen; bevoelen; doorzien; herkennen; inzien; onderkennen; onderzoeken; realiseren; vergunnen; verkennen
- toegeven

Synonyms for "erkennen":


Antonyms for "erkennen":


Related Definitions for "erkennen":

  1. als wettig beschouwen1
    • hij erkent haar als zijn dochter1
  2. het inzien en zeggen dat het zo is1
    • hij erkent dat hij een fout maakte1

Wiktionary Translations for erkennen:

erkennen
verb
  1. inzien, toegeven
  2. als wettig, echt, juist aanvaarden
erkennen
verb
  1. reconnaitre pour vrai.
  2. Faire persister quelqu’un dans une opinion, dans une résolution, l’affermir dans cette opinion, dans cette résolution.
  3. tenir pour véritable.
  4. juri|fr confirmer par un acte spécial un acte fait par des particuliers ou un acte d’autorité de justice.
  5. Se remettre dans l'esprit l'idée etc., quand on vient à le revoir ou à l'entendre. (Sens général)

Cross Translation:
FromToVia
erkennen reconnaître acknowledge — to admit the knowledge of
erkennen certifier acknowledge — to own as genuine or valid

Related Translations for erkennen