Summary
Dutch to French:   more detail...
  1. een boodschap uitdragen:


Dutch

Detailed Translations for een boodschap uitdragen from Dutch to French

een boodschap uitdragen:

een boodschap uitdragen verb

  1. een boodschap uitdragen (verkondigen; uitdragen)
    proclamer; transmettre; répandre
    • proclamer verb (proclame, proclames, proclamons, proclamez, )
    • transmettre verb (transmets, transmet, transmettons, transmettez, )
    • répandre verb (répands, répand, répandons, répandez, )

Translation Matrix for een boodschap uitdragen:

VerbRelated TranslationsOther Translations
proclamer een boodschap uitdragen; uitdragen; verkondigen afkondigen; aflezen; afroepen; bekend maken; bekendmaken; decreteren; namen afroepen; omroepen; openbaar maken; openbaren; oplezen; ordonneren; proclameren; publiceren; uitbazuinen; uitbrengen; verordenen; verordineren
répandre een boodschap uitdragen; uitdragen; verkondigen afleggen; alom bekend maken; bezwijken; doorgeven; doorslaan; doorspelen; doorvertellen; het onderspit delven; klaar leggen; rondbrieven; ronddelen; rondgeven; rondreiken; rondstrooien; rondvertellen; spreiden; tenondergaan; uitdelen; uitreiken; uitspreiden; uitstrooien; uitwaaieren; uitzaaien; uitzenden; uitzwermen; verbreiden; verbreider; verdelen; verdeler; vergieten; verhaal vertellen; verhalen; verklappen; verraden; verspreiden; verstrooien; vertellen; waaieren; zich verspreiden
transmettre een boodschap uitdragen; uitdragen; verkondigen aangeven; aanreiken; aansteken; afdragen; afgeven; besmetten; doen toekomen; doorgeven; doorspelen; doorsturen; doorvertellen; doorzenden; geven; iem. iets sturen; opsturen; overdragen aan; overgeven; overhandigen; overmaken; overzenden; posten; rondbrieven; rondvertellen; toesteken; toezenden; uitstrooien; uitzaaien; verder reiken; zenden

Related Translations for een boodschap uitdragen