Summary


Dutch

Detailed Translations for frak from Dutch to French

frak:

frak [de ~ (m)] noun

  1. de frak (rokjas)
    l'habit; le frac; la jaquette; la queue de pie; l'habit noir; la queue de morue

Translation Matrix for frak:

NounRelated TranslationsOther Translations
frac frak; rokjas
habit frak; rokjas geestelijk gewaad; gewaad; habijt; jas; kerkgewaad; kleding; kleren; liturgisch gewaad; mantel; overjas; pij; plunje; priesterlijk ambtsgewaad; tenue; uitdossing
habit noir frak; rokjas rokkostuum
jaquette frak; rokjas boekomslag; jack; kaft; mantel; omslag; overjas; stofommanteling
queue de morue frak; rokjas
queue de pie frak; rokjas

Related Words for "frak":

  • frakken