Dutch

Detailed Translations for inkepen from Dutch to French

inkepen:

inkepen verb (keep in, keept in, keepte in, keepten in, ingekeept)

  1. inkepen (kerven; een inkeping maken; kepen; inkerven)
    encocher; entailler; scarifier; faire une encoche; tailler; graver; inciser; rainurer; rainer
    • encocher verb (encoche, encoches, encochons, encochez, )
    • entailler verb (entaille, entailles, entaillons, entaillez, )
    • scarifier verb (scarifie, scarifies, scarifions, scarifiez, )
    • tailler verb (taille, tailles, taillons, taillez, )
    • graver verb (grave, graves, gravons, gravez, )
    • inciser verb (incise, incises, incisons, incisez, )
    • rainurer verb (rainure, rainures, rainurons, rainurez, )
    • rainer verb (raine, raines, rainons, rainez, )

Conjugations for inkepen:

o.t.t.
  1. keep in
  2. keept in
  3. keept in
  4. kepen in
  5. kepen in
  6. kepen in
o.v.t.
  1. keepte in
  2. keepte in
  3. keepte in
  4. keepten in
  5. keepten in
  6. keepten in
v.t.t.
  1. heb ingekeept
  2. hebt ingekeept
  3. heeft ingekeept
  4. hebben ingekeept
  5. hebben ingekeept
  6. hebben ingekeept
v.v.t.
  1. had ingekeept
  2. had ingekeept
  3. had ingekeept
  4. hadden ingekeept
  5. hadden ingekeept
  6. hadden ingekeept
o.t.t.t.
  1. zal inkepen
  2. zult inkepen
  3. zal inkepen
  4. zullen inkepen
  5. zullen inkepen
  6. zullen inkepen
o.v.t.t.
  1. zou inkepen
  2. zou inkepen
  3. zou inkepen
  4. zouden inkepen
  5. zouden inkepen
  6. zouden inkepen
en verder
  1. is ingekeept
diversen
  1. keep in!
  2. keept in!
  3. ingekeept
  4. inkepend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for inkepen:

NounRelated TranslationsOther Translations
tailler houwen
VerbRelated TranslationsOther Translations
encocher een inkeping maken; inkepen; inkerven; kepen; kerven creneleren; insnijden; kartelen; kartels krijgen
entailler een inkeping maken; inkepen; inkerven; kepen; kerven creneleren; inhakken; inhouwen; insnijden; kartelen; kartels krijgen; kerven; snijwerk maken
faire une encoche een inkeping maken; inkepen; inkerven; kepen; kerven
graver een inkeping maken; inkepen; inkerven; kepen; kerven branden; creneleren; etsen; graveren; griffelen; griffen; groeven; ingraveren; inkerven; insnijden; met een stift inkrassen; uitbeitelen; uitbikken
inciser een inkeping maken; inkepen; inkerven; kepen; kerven creneleren; groeven; inkerven; insnijden
rainer een inkeping maken; inkepen; inkerven; kepen; kerven
rainurer een inkeping maken; inkepen; inkerven; kepen; kerven
scarifier een inkeping maken; inkepen; inkerven; kepen; kerven
tailler een inkeping maken; inkepen; inkerven; kepen; kerven aanzetten; afknippen; afsnijden; beknotten; beperken; besnoeien; bijknippen; coifferen; couperen; creneleren; een beetje knippen; insnijden; kappen; knippen; kort knippen; kort maken; korten; op maat snijden; scherpen; slijpen; snijden; snoeien; toesnijden; trimmen; uithakken; uithouwen; uitkappen; wetten