Dutch

Detailed Translations for krul from Dutch to French

krul:

krul [de ~] noun

  1. de krul (krulvorm)
    la boucle; la spirale; le frison
  2. de krul (haarkrul)
    le flocon; la boucle; la pellicule; le copeau; la puce; l'écaille; l'éclat; le microprocesseur
  3. de krul (krullende haarlok; krulletje)
    la boucle de cheveux; la boucle; la mèche
  4. de krul (urinoir; vespasienne; waterplaats; straaturinoir)
    l'urinoir; la vespasienne; l'urinal; la pissotière

Translation Matrix for krul:

NounRelated TranslationsOther Translations
boucle haarkrul; krul; krullende haarlok; krulletje; krulvorm buiging; draai; gesp; haarlok; kink; knoop; koppelgesp; kromming; kronkel; lok; looping; lus; lusvormige kromming
boucle de cheveux krul; krullende haarlok; krulletje
copeau haarkrul; krul houtkrul; houtkrullen; houtspaander; spaan; spaander
flocon haarkrul; krul dotje; vlok
frison krul; krulvorm haarlok; lok
microprocesseur haarkrul; krul CPU; centrale verwerkingseenheid; chip; processor
mèche krul; krullende haarlok; krulletje boor; boormachine; haarlok; haarsliert; houtboor; kaarsenpit; kousje; lampekous; lampenkatoen; lampenkousje; lampenpit; lok; lont; ontsteking; pit
pellicule haarkrul; krul film; filmrolletje; schilfer; schub
pissotière krul; straaturinoir; urinoir; vespasienne; waterplaats pisbak; pisglas; urinaal
puce haarkrul; krul chip; luik; onderdeur; onderdeurtje; vlo
spirale krul; krulvorm spiraal
urinal krul; straaturinoir; urinoir; vespasienne; waterplaats pisfles; pisglas; urinaal; urinalen; urinefles
urinoir krul; straaturinoir; urinoir; vespasienne; waterplaats pisbak; pisglas; urinaal
vespasienne krul; straaturinoir; urinoir; vespasienne; waterplaats pisglas; urinaal
écaille haarkrul; krul schilfer; schub
éclat haarkrul; krul blinken; deining; diggel; dreun; emotionele uitval; flakker; flakkering; flikkering; flonkering; fonkeling; geflikker; gefonkel; geglinster; glans; glanzen; glimmen; glinstering; gloed; klap; knal; kwak; luister; ontlading; ophef; plotselinge uitbarsting; scherf; schijn; schitteren; schittering; smak; splinter; uitbarsten; uitbarsting; uitval; vonk; vulkaanuitbarsting

Related Words for "krul":


Wiktionary Translations for krul:

krul
Cross Translation:
FromToVia
krul volute; coquille scroll — end of a violin

krullen:

krullen verb (krul, krult, krulde, krulden, gekruld)

  1. krullen (in de krul zetten)
    boucler; onduler; friser; frisotter; faire friser
    • boucler verb (boucle, boucles, bouclons, bouclez, )
    • onduler verb (ondule, ondules, ondulons, ondulez, )
    • friser verb (frise, frises, frisons, frisez, )
    • frisotter verb (frisotte, frisottes, frisottons, frisottez, )

Conjugations for krullen:

o.t.t.
  1. krul
  2. krult
  3. krult
  4. krullen
  5. krullen
  6. krullen
o.v.t.
  1. krulde
  2. krulde
  3. krulde
  4. krulden
  5. krulden
  6. krulden
v.t.t.
  1. ben gekruld
  2. bent gekruld
  3. is gekruld
  4. zijn gekruld
  5. zijn gekruld
  6. zijn gekruld
v.v.t.
  1. was gekruld
  2. was gekruld
  3. was gekruld
  4. waren gekruld
  5. waren gekruld
  6. waren gekruld
o.t.t.t.
  1. zal krullen
  2. zult krullen
  3. zal krullen
  4. zullen krullen
  5. zullen krullen
  6. zullen krullen
o.v.t.t.
  1. zou krullen
  2. zou krullen
  3. zou krullen
  4. zouden krullen
  5. zouden krullen
  6. zouden krullen
en verder
  1. ben gekruld
  2. bent gekruld
  3. is gekruld
  4. zijn gekruld
  5. zijn gekruld
  6. zijn gekruld
diversen
  1. krul!
  2. krult!
  3. gekruld
  4. krullend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

krullen [de ~] noun, plural

  1. de krullen
    la boucles
  2. de krullen (krulhaar; permanent; krulletjes)
    le cheveux bouclés; la boucles; le cheveux frisés

Translation Matrix for krullen:

NounRelated TranslationsOther Translations
boucles krulhaar; krullen; krulletjes; permanent krullenkapsel; loopings; lussen; ophanglussen; permanent
cheveux bouclés krulhaar; krullen; krulletjes; permanent
cheveux frisés krulhaar; krullen; krulletjes; permanent
VerbRelated TranslationsOther Translations
boucler in de krul zetten; krullen aangespen; aantrekken; afgrendelen; afsluiten; borgen; dichtbinden; dichtdoen; dichtgespen; dichtmaken; dichtsnoeren; dichttrekken; gespen; grendelen; kroezen; locken; omgespen; op slot doen; op slot zetten; sluiten; toebinden; toedoen; toegespen; toemaken; toetrekken; vastgespen; vergrendelen
faire friser in de krul zetten; krullen
friser in de krul zetten; krullen kroezen
frisotter in de krul zetten; krullen kroezen
onduler in de krul zetten; krullen golven; golvend bewegen; kroezen

Related Words for "krullen":


Wiktionary Translations for krullen:

krullen
verb
  1. mettre en boucles des cheveux ou des poils.

Related Translations for krul