Summary
Dutch to French:   more detail...
  1. zeis:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for zeis from Dutch to French

zeis:

zeis [de ~] noun

  1. de zeis
    la faux

Translation Matrix for zeis:

NounRelated TranslationsOther Translations
faux zeis falsificatie; verkeerde; vervalsing
ModifierRelated TranslationsOther Translations
faux achterbaks; bedriegelijk; bedrieglijk; ernaast; fout; foutief; gedwongen; gefingeerd; geforceerd; gemaakt; gemaakte gevoelens; gemeen; geniepig; gluiperig; huichelachtig; illusoir; in het geniep; kunstmatig; kwaadwillig; met slechte intentie; mis; misleidend; nagemaakt; niet echt; onaanvaardbaar; onacceptabel; ondergeschoven; onecht; onharmonisch; onjuist; onnatuurlijk; onoprecht; onwaar; onwaarachtig; slecht; snood; stiekem; ten onrechte; vals; verkeerd

Related Words for "zeis":

  • zeisen

Wiktionary Translations for zeis:

zeis
noun
  1. landbouw|nld gereedschap|nld landbouwwerktuig (maaiwerktuig) bestaande uit een lang gebogen mes dat bevestigd is aan een steel met twee handvatten, dienende om lang gras of graan te maaien
zeis
noun
  1. Outil agricole

Cross Translation:
FromToVia
zeis faux SenseLandwirtschaft: scharfes Werkzeug zum Mähen von Gras, Getreide etc.
zeis faux scythe — farm tool