Dutch

Detailed Synonyms for aanknopen in Dutch

aanknopen:

aanknopen verb (knoop aan, knoopt aan, knoopte aan, knoopten aan, aangeknoopt)

  1. aanknopen
    aangaan; aanknopen
    • aangaan verb (ga aan, gaat aan, ging aan, gingen aan, aangegaan)
    • aanknopen verb (knoop aan, knoopt aan, knoopte aan, knoopten aan, aangeknoopt)
  2. aanknopen
    beginnen; aanknopen; aanbinden
    • beginnen verb (begin, begint, begon, begonnen, begonnen)
    • aanknopen verb (knoop aan, knoopt aan, knoopte aan, knoopten aan, aangeknoopt)
    • aanbinden verb (bind aan, bindt aan, bond aan, bonden aan, aangebonden)
  3. aanknopen
    ter sprake brengen; aansnijden; starten; entameren; openen; opwerpen; gesprek aanknopen; te berde brengen; aankaarten; aanknopen
    • ter sprake brengen verb (breng ter sprake, brengt ter sprake, bracht ter sprake, brachten ter sprake, tersprake gebracht)
    • aansnijden verb (snijd aan, snijdt aan, sneed aan, sneden aan, aangesneden)
    • starten verb (start, startte, startten, gestart)
    • entameren verb
    • openen verb (open, opent, opende, openden, geopend)
    • opwerpen verb (werp op, werpt op, werpte op, werpten op, opgeworpen)
    • te berde brengen verb (breng te berde, brengt te berde, bracht te berde, brachten te berde, bracht te berde)
    • aankaarten verb (kaart aan, kaartte aan, kaartten aan, aangekaart)
    • aanknopen verb (knoop aan, knoopt aan, knoopte aan, knoopten aan, aangeknoopt)

Conjugations for aanknopen:

o.t.t.
  1. knoop aan
  2. knoopt aan
  3. knoopt aan
  4. knopen aan
  5. knopen aan
  6. knopen aan
o.v.t.
  1. knoopte aan
  2. knoopte aan
  3. knoopte aan
  4. knoopten aan
  5. knoopten aan
  6. knoopten aan
v.t.t.
  1. heb aangeknoopt
  2. hebt aangeknoopt
  3. heeft aangeknoopt
  4. hebben aangeknoopt
  5. hebben aangeknoopt
  6. hebben aangeknoopt
v.v.t.
  1. had aangeknoopt
  2. had aangeknoopt
  3. had aangeknoopt
  4. hadden aangeknoopt
  5. hadden aangeknoopt
  6. hadden aangeknoopt
o.t.t.t.
  1. zal aanknopen
  2. zult aanknopen
  3. zal aanknopen
  4. zullen aanknopen
  5. zullen aanknopen
  6. zullen aanknopen
o.v.t.t.
  1. zou aanknopen
  2. zou aanknopen
  3. zou aanknopen
  4. zouden aanknopen
  5. zouden aanknopen
  6. zouden aanknopen
diversen
  1. knoop aan!
  2. knoopt aan!
  3. aangeknoopt
  4. aanknopende
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

aanknopen [znw.] noun

  1. aanknopen
    aanknopen

Related Synonyms for aanknopen