Summary


Dutch

Detailed Synonyms for boef in Dutch

boef:

boef [de ~ (m)] noun

  1. de boef
    de schurk; de schobbejak; de fielt; de boef
  2. de boef
    galgentronie; de boef; de galgenbrok; de snaak
  3. de boef
    – ondeugend kind 1
    de boef
    – ondeugend kind 1
    • boef [de ~ (m)] noun
      • die Bas is een echte boef!1
  4. de boef
    – iemand die slechte dingen doet 1
    de crimineel; de boef; de schurk
    – iemand die slechte dingen doet 1
    • crimineel [de ~ (m)] noun
      • deze crimineel moet naar de gevangenis1
    • boef [de ~ (m)] noun
      • de politie achtervolgt de boef1
    • schurk [de ~ (m)] noun
      • die schurk heeft gelogen1

Related Words for "boef":


Alternate Synonyms for "boef":


Related Definitions for "boef":

  1. ondeugend kind1
    • die Bas is een echte boef!1
  2. iemand die slechte dingen doet1
    • de politie achtervolgt de boef1