German

Detailed Translations for abbilden from German to Dutch

abbilden:

abbilden verb

  1. abbilden (portrettieren; zeichnen; malen; darstellen)
    tekenen; afbeelden; schilderen; portretteren
    • tekenen verb (teken, tekent, tekende, tekenden, getekend)
    • afbeelden verb (beeld af, beeldt af, beeldde af, beeldden af, afgebeeld)
    • schilderen verb (schilder, schildert, schilderde, schilderden, geschilderd)
  2. abbilden (beschreiben; umschreiben; skizzieren; )
    beschrijven; omschrijven; schetsen; afschilderen
    • beschrijven verb (beschrijf, beschrijft, beschreef, beschrijfden, beschreven)
    • omschrijven verb (omschrijf, omschrijft, omschreef, omschreven, omschreven)
    • schetsen verb (schets, schetst, schetste, schetsten, geschetst)
    • afschilderen verb (schilder af, schildert af, schilderde af, schilderden af, afgeschilderd)

Translation Matrix for abbilden:

NounRelated TranslationsOther Translations
afbeelden Abbilden; Abbildung; Abmalen; Bild; Bildnis; Konterfei; Porträt
afschilderen Abbilden; Abmalen
schilderen Anstreichen; Malen
VerbRelated TranslationsOther Translations
afbeelden abbilden; darstellen; malen; portrettieren; zeichnen
afschilderen abbilden; beschreiben; darstellen; entwerfen; schildern; skizzieren; umschreiben darstellen; schildern
beschrijven abbilden; beschreiben; darstellen; entwerfen; schildern; skizzieren; umschreiben benachrichtigen; beschreiben; erklären; erzählen; mitteilen; schildern; wiedergeben
omschrijven abbilden; beschreiben; darstellen; entwerfen; schildern; skizzieren; umschreiben bestimmen; definieren; festlegen; festsetzen; kennzeichnen; umschreiben
portretteren abbilden; darstellen; malen; portrettieren; zeichnen
schetsen abbilden; beschreiben; darstellen; entwerfen; schildern; skizzieren; umschreiben
schilderen abbilden; darstellen; malen; portrettieren; zeichnen anstreichen; bemalen; färben; lackieren; malen; streichen
tekenen abbilden; darstellen; malen; portrettieren; zeichnen abzeichnen; bezeichnen; charakterisieren; kennzeichnen; malen; paraphieren; signieren; unterschreiben; unterzeichnen; zeichnen

Synonyms for "abbilden":


Wiktionary Translations for abbilden:

abbilden
verb
  1. (transitiv) etwas visuell darstellen oder zeigen, etwa auf einem Foto oder in einer Zeichnung
abbilden
verb
  1. (overgankelijk) een beeldende gelijkenis maken

Cross Translation:
FromToVia
abbilden vertegenwoordigen; staan voor; beschrijven; spelen; uitvoeren; voorspelen; betuigen; opperen; uitdrukken; uiten; uitspreken; verwoorden; zetten représenterprésenter de nouveau.

Abbilden: