Translate emphasise from English to Dutch

Summary

English to Dutch: more detail...

English

Detailed Translations for emphasise from English to Dutch

emphasise (underline; urge on; tear; emphasize)
benadrukken; accentueren
- benadrukken verb (benadruk, benadrukt, benadrukte, benadrukten, benadrukt)
- accentueren verb (accentueer, accentueert, accentueerde, accentueerden, geaccentueerd)
to emphasise (emphasize; accentuate; stress)
benadrukken; beklemtonen; betonen
- benadrukken verb (benadruk, benadrukt, benadrukte, benadrukten, benadrukt)
- beklemtonen verb
- betonen verb (betoon, betoont, betoonde, betoonden, betoond)
to emphasise (underline; emphasize)
onderstrepen
- onderstrepen verb (onderstreep, onderstreept, onderstreepte, onderstreepten, onderstreept)

Verb	Related Translations	Other Translations
accentueren	emphasise; emphasize; tear; underline; urge on	clarify; elucidate; exemplify; explain; expound; illustrate; throw light on
beklemtonen	accentuate; emphasise; emphasize; stress
benadrukken	accentuate; emphasise; emphasize; stress; tear; underline; urge on
betonen	accentuate; emphasise; emphasize; stress	declare; express
onderstrepen	emphasise; emphasize; underline
-	accent; accentuate; emphasize; punctuate; stress; underline; underscore

Cross Translation:

From	To	Via
• emphasise	→ beklemtonen; benadrukken	↔ betonen — (transitiv) mit Nachdruck sagen, feststellen