Summary


Dutch

Detailed Translations for vies maken from Dutch to German

vies maken:

vies maken verb (maak vies, maakt vies, maakte vies, maakten vies, vies gemaakt)

  1. vies maken (bevuilen; vuil maken)
    flecken; beschmutzen; versauen; schmutzen; kleksen; verunreinigen; sudeln
    • flecken verb (flecke, fleckst, fleckt, fleckte, flecktet, gefleckt)
    • beschmutzen verb (beschmutze, beschmutzt, beschmutzte, beschmutztet, beschmutzt)
    • versauen verb (versaue, versaust, versaut, versaute, versautet, versaut)
    • schmutzen verb (schmutze, schmutzst, schmutzt, schmutzte, schmutztet, geschmutzt)
    • kleksen verb (klekse, klekst, klekste, klekstet, geklekst)
    • verunreinigen verb (verunreinige, verunreinigst, verunreinigt, verunreinigte, verunreinigtet, vereinigt)
    • sudeln verb (sudele, sudelst, sudelt, sudelte, sudeltet, gesudelt)

Conjugations for vies maken:

o.t.t.
  1. maak vies
  2. maakt vies
  3. maakt vies
  4. maken vies
  5. maken vies
  6. maken vies
o.v.t.
  1. maakte vies
  2. maakte vies
  3. maakte vies
  4. maakten vies
  5. maakten vies
  6. maakten vies
v.t.t.
  1. heb vies gemaakt
  2. hebt vies gemaakt
  3. heeft vies gemaakt
  4. hebben vies gemaakt
  5. hebben vies gemaakt
  6. hebben vies gemaakt
v.v.t.
  1. had vies gemaakt
  2. had vies gemaakt
  3. had vies gemaakt
  4. hadden vies gemaakt
  5. hadden vies gemaakt
  6. hadden vies gemaakt
o.t.t.t.
  1. zal vies maken
  2. zult vies maken
  3. zal vies maken
  4. zullen vies maken
  5. zullen vies maken
  6. zullen vies maken
o.v.t.t.
  1. zou vies maken
  2. zou vies maken
  3. zou vies maken
  4. zouden vies maken
  5. zouden vies maken
  6. zouden vies maken
diversen
  1. maak vies!
  2. maakt vies!
  3. vies gemaakt
  4. vies makend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for vies maken:

VerbRelated TranslationsOther Translations
beschmutzen bevuilen; vies maken; vuil maken afgeven; bedoezelen; bevlekken; kladden; knoeien; morsen; smetten; verontreinigen; vervuilen; viesmaken; vlekken; vuilmaken
flecken bevuilen; vies maken; vuil maken gemakkelijk gaan; vlotten
kleksen bevuilen; vies maken; vuil maken
schmutzen bevuilen; vies maken; vuil maken viesmaken; vuilmaken
sudeln bevuilen; vies maken; vuil maken keutelen; modderen
versauen bevuilen; vies maken; vuil maken viesmaken; vuilmaken
verunreinigen bevuilen; vies maken; vuil maken kladden; knoeien; morsen; verontreinigen; vervuilen; viesmaken; vlekken; vuilmaken

Related Translations for vies maken