Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. vergiftig:
  2. vergiftigen:
  3. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for vergiftig from Dutch to English

vergiftig:

vergiftig adj

  1. vergiftig

Translation Matrix for vergiftig:

NounRelated TranslationsOther Translations
poisonous gif bevatten; giftigheid
toxic gif bevatten; giftigheid
venomous gif bevatten; giftigheid
AdjectiveRelated TranslationsOther Translations
poisonous vergiftig giftig; toxisch; vergiftigd
toxic vergiftig
venomous vergiftig boos; gebelgd; giftig; kwaad; kwaadaardig; nijdig; venijnig; verbolgen; vertoornd
ModifierRelated TranslationsOther Translations
venominous vergiftig giftig; toxisch; vergiftigd

Related Words for "vergiftig":


Wiktionary Translations for vergiftig:


Cross Translation:
FromToVia
vergiftig poisonous; toxic; venemous; virulent venimeux — Qui a du venin et un moyen de l'injecter. — usage aujourd'hui, il ne se dit proprement que des animaux.

vergiftigen:

vergiftigen verb (vergiftig, vergiftigt, vergiftigde, vergiftigden, vergiftigd)

  1. vergiftigen (verpesten; infecteren)
    to poison; to contaminate; to infect
    • poison verb (poisons, poisoned, poisoning)
    • contaminate verb (contaminates, contaminated, contaminating)
    • infect verb (infects, infected, infecting)

Conjugations for vergiftigen:

o.t.t.
  1. vergiftig
  2. vergiftigt
  3. vergiftigt
  4. vergiftigen
  5. vergiftigen
  6. vergiftigen
o.v.t.
  1. vergiftigde
  2. vergiftigde
  3. vergiftigde
  4. vergiftigden
  5. vergiftigden
  6. vergiftigden
v.t.t.
  1. heb vergiftigd
  2. hebt vergiftigd
  3. heeft vergiftigd
  4. hebben vergiftigd
  5. hebben vergiftigd
  6. hebben vergiftigd
v.v.t.
  1. had vergiftigd
  2. had vergiftigd
  3. had vergiftigd
  4. hadden vergiftigd
  5. hadden vergiftigd
  6. hadden vergiftigd
o.t.t.t.
  1. zal vergiftigen
  2. zult vergiftigen
  3. zal vergiftigen
  4. zullen vergiftigen
  5. zullen vergiftigen
  6. zullen vergiftigen
o.v.t.t.
  1. zou vergiftigen
  2. zou vergiftigen
  3. zou vergiftigen
  4. zouden vergiftigen
  5. zouden vergiftigen
  6. zouden vergiftigen
diversen
  1. vergiftig!
  2. vergiftigt!
  3. vergiftigd
  4. vergiftigend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for vergiftigen:

NounRelated TranslationsOther Translations
poison gif; toxine; vergif; vergift
VerbRelated TranslationsOther Translations
contaminate infecteren; vergiftigen; verpesten aansteken; besmetten
infect infecteren; vergiftigen; verpesten aansteken; besmetten; infecteren
poison infecteren; vergiftigen; verpesten aansteken; besmetten

Wiktionary Translations for vergiftigen:

vergiftigen
verb
  1. blootstellen aan een voor het lichaam schadelijke vreemde stof
vergiftigen
verb
  1. To stupefy by doping with chemical substances such as alcohol
  2. to use poison to kill or paralyse