Summary


Dutch

Detailed Translations for dwepen from Dutch to French

dwepen:

dwepen verb (dweep, dweept, dweepte, dweepten, gedweept)

  1. dwepen
    se toquer de; adorer; être fanatique de; s'engouer de
    • adorer verb (adore, adores, adorons, adorez, )

Conjugations for dwepen:

o.t.t.
  1. dweep
  2. dweept
  3. dweept
  4. dwepen
  5. dwepen
  6. dwepen
o.v.t.
  1. dweepte
  2. dweepte
  3. dweepte
  4. dweepten
  5. dweepten
  6. dweepten
v.t.t.
  1. heb gedweept
  2. hebt gedweept
  3. heeft gedweept
  4. hebben gedweept
  5. hebben gedweept
  6. hebben gedweept
v.v.t.
  1. had gedweept
  2. had gedweept
  3. had gedweept
  4. hadden gedweept
  5. hadden gedweept
  6. hadden gedweept
o.t.t.t.
  1. zal dwepen
  2. zult dwepen
  3. zal dwepen
  4. zullen dwepen
  5. zullen dwepen
  6. zullen dwepen
o.v.t.t.
  1. zou dwepen
  2. zou dwepen
  3. zou dwepen
  4. zouden dwepen
  5. zouden dwepen
  6. zouden dwepen
diversen
  1. dweep!
  2. dweept!
  3. gedweept
  4. dwepend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for dwepen:

VerbRelated TranslationsOther Translations
adorer dwepen aanbidden; adoreren; beminnen; bidden tot; houden van; liefhebben; met een roze bril bezien; romantiseren; verafgoden; vergoddelijken; verheerlijken
s'engouer de dwepen
se toquer de dwepen
être fanatique de dwepen