Summary
Dutch to French:   more detail...
  1. reservoir:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for reservoir from Dutch to French

reservoir:

reservoir [het ~] noun

  1. het reservoir (vergaarbak)
    le récipient; le réservoir
  2. het reservoir (container; bak)
    le container; le conteneur; la cuve; le réservoir; la citerne; le bassin
  3. het reservoir (spaarbekken)
    le réservoir; le bassin

Translation Matrix for reservoir:

NounRelated TranslationsOther Translations
bassin bak; container; reservoir; spaarbekken bassin; bekken; heupgewricht; smeltpan; stroomgebied; verzamelbekken; waskom; waterbekken
citerne bak; container; reservoir regenbak; regenton; tank; waterreservoir
container bak; container; reservoir bezitter; drager; eigenaar; houder; laadbak
conteneur bak; container; reservoir bezitter; container; containertoepassing; drager; eigenaar; houder; laadbak
cuve bak; container; reservoir bak; barrel; emmer; fust; kuip; pot; regenbak; stortbak; tank; teil; tobbe; ton; trog; vat; voederkrib; voedertrog; waskuip; waterreservoir
récipient reservoir; vergaarbak bak; etensbak; trog; verzamelbekken; voederkrib; voedertrog
réservoir bak; container; reservoir; spaarbekken; vergaarbak opslagtank; regenbak; tank; verzamelbekken; waterreservoir

Related Words for "reservoir":

  • reservoirs, reservoirtje, reservoirtjes

Wiktionary Translations for reservoir:

reservoir
noun
  1. Sorte de vase fort ouvrir, qui a une anse et un bec, et dans lequel on met de l’eau pour le service ordinaire de la table et pour d’autres usages.
  2. réservoir souterrain ou non, destiné à recevoir et garder l’eau pluviale.
  3. lieu où certaines choses sont en réserve.