Summary
Dutch Synonyms:   more detail...
  1. beroven van:


Dutch

Detailed Synonyms for beroven van in Dutch

beroven van:

beroven van verb (beroof van, berooft van, beroofde van, beroofden van, beroofd van)

  1. beroven van
    ontnemen; depriveren; te kort doen; beroven van
    • ontnemen verb (ontneem, ontneemt, ontnam, ontnomen, ontnomen)
    • depriveren verb (depriveer, depriveert, depriveerde, depriveerden, gedepriveerd)
    • te kort doen verb (doe te kort, doet te kort, deed te kort, deden te kort, te kort gedaan)
    • beroven van verb (beroof van, berooft van, beroofde van, beroofden van, beroofd van)

Conjugations for beroven van:

o.t.t.
  1. beroof van
  2. berooft van
  3. berooft van
  4. beroven van
  5. beroven van
  6. beroven van
o.v.t.
  1. beroofde van
  2. beroofde van
  3. beroofde van
  4. beroofden van
  5. beroofden van
  6. beroofden van
v.t.t.
  1. heb beroofd van
  2. hebt beroofd van
  3. heeft beroofd van
  4. hebben beroofd van
  5. hebben beroofd van
  6. hebben beroofd van
v.v.t.
  1. had beroofd van
  2. had beroofd van
  3. had beroofd van
  4. hadden beroofd van
  5. hadden beroofd van
  6. hadden beroofd van
o.t.t.t.
  1. zal beroven van
  2. zult beroven van
  3. zal beroven van
  4. zullen beroven van
  5. zullen beroven van
  6. zullen beroven van
o.v.t.t.
  1. zou beroven van
  2. zou beroven van
  3. zou beroven van
  4. zouden beroven van
  5. zouden beroven van
  6. zouden beroven van
diversen
  1. beroof van!
  2. berooft van!
  3. beroofd van
  4. berovend van
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Related Synonyms for beroven van