Home
Dictionaries
Word Fun
About
Feedback
In Nederlands
Home
->
Dictionaries
->
Dutch/Spanish
->Search: tuigen
Dutch and Spanish Translation Search Results for
tuigen
Search
Remove Ads
Summary
Dutch to Spanish:
more detail...
tuig:
aparejos
;
arreos
;
escoria
;
populacho
;
canalla
;
chusma
;
gentuza
;
plebe
;
hampa
;
aparejo
;
jarcias
Wiktionary:
tuigen →
uncir
tuig →
gentuza
,
flaite
,
canalla
,
escoria
Dutch
Detailed Translations for
tuigen
from Dutch to Spanish
tuigen:
Related Words for "tuigen":
tuig
Wiktionary Translations for
tuigen
:
Cross Translation:
From
To
Via
•
tuigen
→
uncir
↔
atteler
—
attacher
des
bêtes
de
trait
à une
voiture
, à une
charrue
, etc.
tuig:
tuig
[
het ~
]
noun
het tuig
(
gareel
;
toom
;
harnas
)
el
aparejos
;
el
arreos
aparejos
[
el ~
]
noun
arreos
[
el ~
]
noun
het tuig
(
schorriemorrie
;
gespuis
;
geboefte
;
uitschot
;
gebroed
)
la
escoria
;
el
populacho
;
la
canalla
;
la
chusma
;
la
gentuza
;
el
plebe
;
la
hampa
escoria
[
la ~
]
noun
populacho
[
el ~
]
noun
canalla
[
la ~
]
noun
chusma
[
la ~
]
noun
gentuza
[
la ~
]
noun
plebe
[
el ~
]
noun
hampa
[
la ~
]
noun
het tuig
(
al het touwwerk aan boord
;
tuigage
;
want
)
el
aparejo
;
la
jarcias
aparejo
[
el ~
]
noun
jarcias
[
la ~
]
noun
Translation Matrix for
tuig
:
Noun
Related Translations
Other Translations
aparejo
al het touwwerk aan boord
;
tuig
;
tuigage
;
want
apparatuur
;
handschoen
;
machine
;
scheepswant
;
takel voor lichte lasten
;
takelwerk
;
talie
;
tuigage
;
want
;
zeilwerk
aparejos
gareel
;
harnas
;
toom
;
tuig
arreos
gareel
;
harnas
;
toom
;
tuig
canalla
geboefte
;
gebroed
;
gespuis
;
schorriemorrie
;
tuig
;
uitschot
achterbaks persoon
;
bandiet
;
boef
;
boosdoener
;
booswicht
;
canaille
;
deugniet
;
fielt
;
gajes
;
gemenerik
;
guit
;
hoerenjong
;
klootzak
;
kuttenkop
;
lelijkerd
;
loeder
;
onverlaat
;
pleurislijder
;
pleurislijer
;
ploert
;
rakker
;
schobbejak
;
schoft
;
schurk
;
slechtaard
;
smeerlap
;
snaak
;
snoodaard
;
soepzootje
;
stinkerd
chusma
geboefte
;
gebroed
;
gespuis
;
schorriemorrie
;
tuig
;
uitschot
gajes
;
gepeupel
;
geteisem
;
grauw
;
janhagel
;
kliek
;
onderonsje
;
plebs
;
rapaille
;
uitvaagsel
escoria
geboefte
;
gebroed
;
gespuis
;
schorriemorrie
;
tuig
;
uitschot
huisjesslak
;
ijzerslak
;
ijzerslakken
;
slak
;
uitvaagsel
gentuza
geboefte
;
gebroed
;
gespuis
;
schorriemorrie
;
tuig
;
uitschot
gajes
;
gepeupel
;
grauw
;
plebs
;
rapaille
;
uitvaagsel
hampa
geboefte
;
gebroed
;
gespuis
;
schorriemorrie
;
tuig
;
uitschot
gajes
jarcias
al het touwwerk aan boord
;
tuig
;
tuigage
;
want
gajes
;
scheepstuigen
;
scheepswanten
;
takelwerk
plebe
geboefte
;
gebroed
;
gespuis
;
schorriemorrie
;
tuig
;
uitschot
gajes
;
janhagel
populacho
geboefte
;
gebroed
;
gespuis
;
schorriemorrie
;
tuig
;
uitschot
canaille
;
gajes
Modifier
Related Translations
Other Translations
canalla
achterbaks
;
boefachtig
;
boosaardig
;
doortrapt
;
gehaaid
;
gemeen
;
geniepig
;
geraffineerd
;
geslepen
;
gewiekst
;
gluiperig
;
laag
;
laag-bij-de-grond
;
laaghartig
;
leep
;
listig
;
onedel
;
schurkachtig
;
slinks
;
sluw
;
snood
;
stiekem
;
uitgekookt
;
vals
Related Words for "tuig":
tuigen
,
tuigje
Wiktionary Translations for
tuig
:
Cross Translation:
From
To
Via
•
tuig
→
gentuza
;
flaite
↔
riffraff
— the rabble
•
tuig
→
canalla
;
escoria
↔
scum
— person or persons considered to be reprehensible
External Machine Translations:
Remove Ads
Remove Ads