Summary
Dutch to French:   more detail...
  1. richting:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for richting from Dutch to French

richting:

richting [de ~ (v)] noun

  1. de richting (koers)
    la direction; l'orientation; le sens; la route

Translation Matrix for richting:

NounRelated TranslationsOther Translations
direction koers; richting Raad van Bestuur; aanvoeren; aanvoering; bediening; bedrijfsleiding; beheer; besturen; besturing; bestuur; bewind; directeurschap; directie; directieteam; directoraat; hemelstreek; koers; kompasstreek; leiding; leidinggeven; leidinggevend orgaan; management; managementteam; regeringsstelsel; regime; route; staatsbestel; vaarroute; voorgaan; windstreek
orientation koers; richting afstudeerrichting; geneigdheid; gerichtheid; gerichtheid op; neiging; oriëntatie; oriëntatie op; studierichting; tendens; trend
route koers; richting afstand; baan; baanvak; buitenweg; carrière; dreef; etappe; koers; landweg; loopbaan; paadje; pad; ronde; route; straat; straatweg; tournee; traject; trekpad; vaarroute; weg
sens koers; richting afmeting; bedoeling; beduidenis; beduiding; belang; betekenis; dimensie; doel; formaat; geest; gevoel; gewichtigheid; grootte; inhoud; maat; mate; nut; omvang; orgaan; sentiment; strekking; teneur; zin; zintuig
- aansturing; koers
Not SpecifiedRelated TranslationsOther Translations
orientation afdrukstand

Related Words for "richting":

  • richtingen

Synonyms for "richting":


Related Definitions for "richting":

  1. de kant waar het heen gaat1
    • in welke richting is hij verdwenen?1
  2. geheel van ideeën en opvattingen1
    • binnen deze kerk bestaan verschillende richtingen1

Wiktionary Translations for richting:

richting
preposition
  1. de kant op van
richting
noun
  1. Orientation
  2. Action, force par laquelle un corps tend à se mouvoir d’un côté.

Cross Translation:
FromToVia
richting direction direction — indication of the point toward which an object is moving

Related Translations for richting