French
Detailed Translations for discus from French to Dutch
discus: (*Using Word and Sentence Splitter)
- dire: zeggen; beschrijven; uiteenzetten; mededelen; spreken; praten; kletsen; klappen; babbelen; kakelen; zwammen; kwebbelen; kwetteren; kwekken; wauwelen; snateren; vertellen; verhalen; verhaal vertellen; uiten; uitdrukken; verwoorden; vertolken; uiting geven aan; uitdrukking geven aan
- écus: wapenschilden; blazoenen