Summary
English to Dutch: more detail...
-
make an offer:
-
Wiktionary:
make an offer → indienen, presenteren, vertonen, voorstellen, aanbieden, spelen, te koop aanbieden, offeren, opofferen, cadeau geven, schenken
-
Wiktionary:
English
Detailed Translations for make an offer from English to Dutch
make an offer: (*Using Word and Sentence Splitter)
- make: maken; scheppen; in het leven roepen; merk; maak; produceren; vervaardigen; voortbrengen; fabriceren; veranderen; wijzigen; afwisselen; herzien; verwisselen; makelij
- an: een; eentje
- offer: aanbod; offerte; prijsopgave; aanbieden; indienen; bieden; aanbieding; koopje; offreren; voorstel; propositie; motie; voorstel doen; beloven; toezeggen; geven; aangeven; afgeven; overgeven; overhandigen; aanreiken; toesteken; bod; tonen; laten zien; presenteren; vertonen; overhandiging; schenken; cadeau geven; cadeau doen; uitloven
Wiktionary Translations for make an offer:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• make an offer | → indienen; presenteren; vertonen; voorstellen; aanbieden; spelen; te koop aanbieden; offeren; opofferen; cadeau geven; schenken | ↔ offrir — présenter quelque chose à quelqu’un, souhaiter qu’il l’accepter. |
External Machine Translations:
Related Translations for make an offer
Dutch
Detailed Translations for make an offer from Dutch to English
External Machine Translations: