Summary
English to Dutch: more detail...
-
wreak:
-
Wiktionary:
wreak → benemen, nemen, pakken, onderscheppen, gebruiken, ontnemen, beleggen, houden, teweegbrengen, uitschrijven, aandoen, aanrichten, stichten, veroorzaken, determineren, nauwkeurig bepalen, belezen, bewegen, doen besluiten, overhalen -
Synonyms for "wreak":
bring; work; play; make for; make; create; bring on; bring off; bring up
-
Wiktionary:
English
Detailed Translations for wreak from English to Dutch
wreak:
Translation Matrix for wreak:
Verb | Related Translations | Other Translations |
- | bring; make for; play; work |
Synonyms for "wreak":
Related Definitions for "wreak":
Wiktionary Translations for wreak:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• wreak | → benemen; nemen; pakken; onderscheppen; gebruiken; ontnemen | ↔ nehmen — eine Sache greifen |
• wreak | → beleggen; houden; teweegbrengen; uitschrijven; aandoen; aanrichten; stichten; veroorzaken | ↔ causer — être cause de ; occasionner, provoquer. |
• wreak | → aandoen; aanrichten; stichten; teweegbrengen; veroorzaken; determineren; nauwkeurig bepalen; belezen; bewegen; doen besluiten; overhalen | ↔ déterminer — fixer les limites de, délimiter précisément. |
External Machine Translations: