Summary
Dutch to German:   more detail...
  1. gedenken:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for gedenken from Dutch to German

gedenken:

gedenken verb (gedenk, gedenkt, gedacht, gedachten, gedacht)

  1. gedenken (herdenken)
    gedenken; sich besinnen; sich erinnern
    • gedenken verb (gedenke, gedenkst, gedenkt, gedachte, gedachtet, gedacht)
    • sich erinnern verb (erinnere mich, erinnerst dich, erinnert sich, erinnerte sich, erinnertet euch, sich erinnert)

Conjugations for gedenken:

o.t.t.
  1. gedenk
  2. gedenkt
  3. gedenkt
  4. gedenken
  5. gedenken
  6. gedenken
o.v.t.
  1. gedacht
  2. gedacht
  3. gedacht
  4. gedachten
  5. gedachten
  6. gedachten
v.t.t.
  1. heb gedacht
  2. hebt gedacht
  3. heeft gedacht
  4. hebben gedacht
  5. hebben gedacht
  6. hebben gedacht
v.v.t.
  1. had gedacht
  2. had gedacht
  3. had gedacht
  4. hadden gedacht
  5. hadden gedacht
  6. hadden gedacht
o.t.t.t.
  1. zal gedenken
  2. zult gedenken
  3. zal gedenken
  4. zullen gedenken
  5. zullen gedenken
  6. zullen gedenken
o.v.t.t.
  1. zou gedenken
  2. zou gedenken
  3. zou gedenken
  4. zouden gedenken
  5. zouden gedenken
  6. zouden gedenken
diversen
  1. gedenk!
  2. gedenkt!
  3. gedacht
  4. gedenkend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for gedenken:

VerbRelated TranslationsOther Translations
gedenken gedenken; herdenken doen denken aan; herinneren; niet vergeten; onthouden
sich besinnen gedenken; herdenken
sich erinnern gedenken; herdenken
ModifierRelated TranslationsOther Translations
gedenken herdacht

Wiktionary Translations for gedenken:


Cross Translation:
FromToVia
gedenken erinnern remember — to recall from one's memory