Summary
Dutch to German:   more detail...
  1. medelijden hebben:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for medelijden hebben from Dutch to German

medelijden hebben:

medelijden hebben verb (heb medelijden, hebt medelijden, had medelijden, hadden medelijden, medelijden gehad)

  1. medelijden hebben (beklagen)
    beklagen; betrauern; beweinen; Mitleid haben
    • beklagen verb (beklage, beklagst, beklagt, beklagte, beklagtet, beklagt)
    • betrauern verb (betrauere, betrauerst, betrauert, betrauerte, betrauertet, betrauert)
    • beweinen verb (beweine, beweinst, beweint, beweinte, beweintet, beweint)

Conjugations for medelijden hebben:

o.t.t.
  1. heb medelijden
  2. hebt medelijden
  3. hebt medelijden
  4. hebben medelijden
  5. hebben medelijden
  6. hebben medelijden
o.v.t.
  1. had medelijden
  2. had medelijden
  3. had medelijden
  4. hadden medelijden
  5. hadden medelijden
  6. hadden medelijden
v.t.t.
  1. heb medelijden gehad
  2. hebt medelijden gehad
  3. heeft medelijden gehad
  4. hebben medelijden gehad
  5. hebben medelijden gehad
  6. hebben medelijden gehad
v.v.t.
  1. had medelijden gehad
  2. had medelijden gehad
  3. had medelijden gehad
  4. hadden medelijden gehad
  5. hadden medelijden gehad
  6. hadden medelijden gehad
o.t.t.t.
  1. zal medelijden hebben
  2. zult medelijden hebben
  3. zal medelijden hebben
  4. zullen medelijden hebben
  5. zullen medelijden hebben
  6. zullen medelijden hebben
o.v.t.t.
  1. zou medelijden hebben
  2. zou medelijden hebben
  3. zou medelijden hebben
  4. zouden medelijden hebben
  5. zouden medelijden hebben
  6. zouden medelijden hebben
diversen
  1. heb medelijden!
  2. hebt medelijden!
  3. medelijden gehad
  4. medelijden hebbend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for medelijden hebben:

VerbRelated TranslationsOther Translations
Mitleid haben beklagen; medelijden hebben
beklagen beklagen; medelijden hebben betreuren; condoleren; medeleven betuigen; spijten
betrauern beklagen; medelijden hebben betreuren; bewenen; in de rouw zijn; jammer vinden; rouwen; spijten
beweinen beklagen; medelijden hebben betreuren; bewenen; in de rouw zijn; jammer vinden; rouwen; spijten

Wiktionary Translations for medelijden hebben:


Cross Translation:
FromToVia
medelijden hebben bemitleiden; Mitleid haben; sich erbarmen compatirtoucher de compassion pour les maux d’autrui.

External Machine Translations:

Related Translations for medelijden hebben