Dutch
Detailed Translations for exploreren from Dutch to Spanish
exploreren:
-
exploreren
Conjugations for exploreren:
o.t.t.
- exploreer
- exploreert
- exploreert
- exploreren
- exploreren
- exploreren
o.v.t.
- exploreerde
- exploreerde
- exploreerde
- exploreerden
- exploreerden
- exploreerden
v.t.t.
- heb geëxploreerd
- hebt geëxploreerd
- heeft geëxploreerd
- hebben geëxploreerd
- hebben geëxploreerd
- hebben geëxploreerd
v.v.t.
- had geëxploreerd
- had geëxploreerd
- had geëxploreerd
- hadden geëxploreerd
- hadden geëxploreerd
- hadden geëxploreerd
o.t.t.t.
- zal exploreren
- zult exploreren
- zal exploreren
- zullen exploreren
- zullen exploreren
- zullen exploreren
o.v.t.t.
- zou exploreren
- zou exploreren
- zou exploreren
- zouden exploreren
- zouden exploreren
- zouden exploreren
en verder
- is geëxploreerd
- zijn geëxploreerd
diversen
- exploreer!
- exploreert!
- geëxploreerd
- explorerend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for exploreren:
Verb | Related Translations | Other Translations |
examinar | exploreren | aankijken; aftasten; afwegen; bekijken; beproeven; beschouwen; bestuderen; bevoelen; bezichtigen; blikken; blikken werpen; controleren; doorvorsen; examen afnemen; examineren; gadeslaan; inspecteren; keuren; monsteren; monsters nemen; ondervragen; onderzoeken; overdenken; overhoren; overwegen; proberen; schouwen; speuren; testen; toeschouwen; toetsen; uithoren; uitproberen; uitvragen; verhoren; vorsen |
investigar | exploreren | aftasten; bestuderen; bevoelen; doorvorsen; examineren; naspeuren; nasporen; navorsen; onderzoeken; ontraadselen; ontrafelen; ontwarren; overhoren; speuren; testen; toetsen; uitpluizen; uitrafelen; uitvezelen; uitzoeken; verkennen; vorsen |
Not Specified | Related Translations | Other Translations |
examinar | bladeren; browsen; zoeken |
Wiktionary Translations for exploreren:
exploreren
Cross Translation:
verb
-
(overgankelijk) een onbekend gebied verkennen
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• exploreren | → explorar | ↔ explore — to travel somewhere in search of discovery |
• exploreren | → explorar | ↔ explore — to examine or investigate something systematically |
• exploreren | → explorar; examinar | ↔ examiner — observer avec attention, avec réflexion. |
• exploreren | → explorar; examinar | ↔ explorer — parcourir une région inconnue qu’on venir de découvrir pour en connaître la situation, l’étendue, les mœurs, etc. |
• exploreren | → explorar; examinar | ↔ fouiller — Traductions à trier suivant le sens |
• exploreren | → buscar; investigar; explorar; examinar | ↔ rechercher — (1) |