Dutch

Detailed Translations for leegheid from Dutch to Spanish

leegheid:

leegheid [de ~ (v)] noun

  1. de leegheid (holheid; voosheid)
    la huequéz; la concavidad

Translation Matrix for leegheid:

NounRelated TranslationsOther Translations
concavidad holheid; leegheid; voosheid holte; niche; nis; tandholte; tandkas
huequéz holheid; leegheid; voosheid

Related Words for "leegheid":


Wiktionary Translations for leegheid:


Cross Translation:
FromToVia
leegheid inanidad inanity — property of being inane

leeg:


Translation Matrix for leeg:

NounRelated TranslationsOther Translations
hueco bak; bowl; buurtschap; gaping; gat; gebrek; gehucht; hiaat; holte; laagte; lek; lekken; manco; muurnis; niche; nis; schacht; uitholling; zwakheid
vacuo lege ruimte; luchtledige ruimte; vacuüm
vacío exodus; gaping; gebrek; hiaat; ledigheid; leegloop; leegte; luchtledige ruimte; manco; vacuüm; zwakheid
vanidoso ijdeltuit
vano deuropening; opening
AdjectiveRelated TranslationsOther Translations
libre ledig; leeg; onbezet bandeloos; beschikbaar; beschikbare; disponibel; facultatief; in vrijheid; losbandig; niet verplicht; onbegrensd; onbelemmerd; onbepaald; onbeperkt; ongebonden; ongebreideld; ongelimiteerd; vacant; vrij
- open
ModifierRelated TranslationsOther Translations
agotado ijdel; leeg; loos; ongevuld; uitdrukkingsloos; wezenloos aan stress lijdend; afgemat; bleek; dodelijk vermoeid; doodmoe; doodop; flauw; flets; geblust; gestresst; hondsmoe; onaangebroken; onaangeroerd; onaangetast; ongebruikt; ongeopend; op; overspannen; oververmoeid; overwerkt; uitgeblust; uitgeput; uitgeteld; uitverkocht; verschoten; volgeboekt
astuto ijdel; leeg; loos; ongevuld achterbaks; adrem; arglistig; bij de pinken; bijdehand; clever; doortrapt; effen; egaal; gehaaid; gelijk; gemeen; geniaal; geniepig; geraffineerd; geslepen; gevat; gewiekst; glad; gluiperig; goochem; kien; leep; link; listig; onaangebroken; onaangeroerd; onaangetast; ongebruikt; ongeopend; pienter; plat; puntig; raak; scherp; schrander; slim; slinks; sluw; snedig; snood; snugger; spits; stiekem; strak; uitgekookt; uitgeslapen; van één kleur; vernuftig; vlak; vlakuit
desinflado ijdel; leeg; loos; ongevuld onaangebroken; onaangeroerd; onaangetast; ongebruikt; ongeopend
desocupado ledig; leeg; onbezet onaangebroken; onaangeroerd; onaangetast; onbewoond; ongebruikt; ongeopend; werkeloos; werkloos
endeble leeg; zonder inhoud berooid; karig; mager; miniem; minitueus; pover; schraal
engreído leeg; zonder inhoud aanmatigend; arrogant; hautain; hooghartig; hoogmoedig; hovaardig; kwasterig; neerbuigend; nuffig; onaangebroken; onaangeroerd; onaangetast; ongebruikt; ongeopend; uit de hoogte; verwaand; zelfgenoegzaam; zelfingenomen
exhausto hol; inhoudsloos; leeg; nietszeggend afgemat; bekaf; dodelijk vermoeid; doodmoe; doodop; geblust; hondsmoe; onaangebroken; onaangeroerd; onaangetast; ongebruikt; ongeopend; op; oververmoeid; uitgeblust; uitgeput; uitgeteld
hueco hol; inhoudsloos; leeg; nietszeggend
inexpresivo glazig; leeg; nietszeggend; uitdrukkingsloos; wazig; wezenloos
insubstancial hol; inhoudsloos; leeg; nietszeggend
nulo leeg; zonder inhoud arm; armetierig; berooid; dun; geen vet op de botten hebbende; iel; mager; miniem; minitueus; nietig; nihil; nul; ongeldig; pover; schraal; schriel
ocioso hol; inhoudsloos; leeg; nietszeggend lui; niets doend; onaangebroken; onaangeroerd; onaangetast; ongebruikt; ongeopend
sin contenido inhoudsloos; leeg
sin usar ijdel; leeg; loos; ongevuld onaangebroken; onaangeroerd; onaangetast; ongebruikt; ongeopend
vacuo ijdel; leeg; loos; ongevuld onaangebroken; onaangeroerd; onaangetast; ongebruikt; ongeopend
vacío inhoudsloos; ledig; leeg; onbezet; zonder inhoud blanco; luchtledig; onaangebroken; onaangeroerd; onaangetast; onbeschreven; onbewoond; ongebruikt; ongeopend; oningevuld; vacuum
vanal leeg; zonder inhoud onaangebroken; onaangeroerd; onaangetast; ongebruikt; ongeopend
vanidoso leeg; zonder inhoud aanmatigend; arrogant; belerend; frikkerig; hautain; hooghartig; hoogmoedig; hovaardig; ijdel; ingebeeld; kwasterig; neerbuigend; nuffig; onaangebroken; onaangeroerd; onaangetast; ongebruikt; ongeopend; pedant; pretentieus; schoolmeesterachtig; trots; uit de hoogte; verwaand; zelfgenoegzaam; zelfingenomen
vano leeg; zonder inhoud aanmatigend; arrogant; hautain; hooghartig; hoogmoedig; hovaardig; ijdel; ingebeeld; neerbuigend; onaangebroken; onaangeroerd; onaangetast; onbruikbaar; ongebruikt; ongeopend; onnut; pretentieus; uit de hoogte; verwaand; zelfgenoegzaam; zelfingenomen; zinledig

Related Words for "leeg":


Synonyms for "leeg":


Antonyms for "leeg":


Related Definitions for "leeg":

  1. waar niets in zit1
    • mijn glas is leeg1
  2. niet ingevuld1
    • dat vakje op het formulier is nog leeg1

Wiktionary Translations for leeg:

leeg
adjective
  1. zonder inhoud

Cross Translation:
FromToVia
leeg limpio clean — pure, especially morally or religiously
leeg vacío empty — devoid of content
leeg falso; hueco hollow — without substance
leeg vacante vacant — not occupied
leeg vacío vide — Qui ne contenir rien ; qui est totalement dépourvoir de.