Summary
Dutch to Spanish:   more detail...
  1. uittocht:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for uittocht from Dutch to Spanish

uittocht:

uittocht [de ~ (m)] noun

  1. de uittocht (exodus)
    la salida; el éxodo

Translation Matrix for uittocht:

NounRelated TranslationsOther Translations
salida exodus; uittocht afreis; afrit; afvaart; afvaren; hulpmiddel; redmiddel; ressource; uitgang; uitloop; uitrit; uitvaren; uitvoer; uitweg; vertrek
éxodo exodus; uittocht

Wiktionary Translations for uittocht:


Cross Translation:
FromToVia
uittocht éxodo exodus — sudden departure
uittocht éxodo exode — Départ en masse
uittocht salida sortieaction de sortir.