Dutch

Detailed Translations for prikkels from Dutch to French

prikkels:


prikkels form of prikkel:

prikkel [de ~ (m)] noun

  1. de prikkel (stimulans; impuls)
    l'incitation; la stimulation; l'aiguillon; l'impulsion; le stimulus; la poussée; la force; le stimuli; l'encouragement; le piquant; le stimulant; la force propulsive
  2. de prikkel (opwekking; aanzet; animering)
    l'incitation; l'exhortation; l'instigation; le stimulant; la stimulation; la stimulus
  3. de prikkel (stimulans; stimulering; aansporing; )
    la stimulation; l'incitation; le stimulus; l'aiguillon; l'impulsion; l'encouragement; le stimulant; le stimuli
  4. de prikkel (luim; opwelling; impuls)
    l'impulsion; l'instinct
  5. de prikkel (aansporen; aanzetten; stimuleren; aanmoedigen)
    l'incitation; l'encouragement; le stimulant; l'aiguillon; la stimulation

Translation Matrix for prikkel:

NounRelated TranslationsOther Translations
aiguillon aanmoedigen; aanmoediging; aansporen; aansporing; aanzetten; animering; impuls; opwekking; prikkel; stimulans; stimuleren; stimulering
encouragement aanmoedigen; aanmoediging; aansporen; aansporing; aanzetten; animering; impuls; opwekking; prikkel; stimulans; stimuleren; stimulering aanmoediging; aansporen; aansporing; bemoediging; opmontering; opwekking; steun; stimulans; stimulering; vertroosting
exhortation aanzet; animering; opwekking; prikkel aanmaning; aansporing tot plicht; herinnering; vermaan; vermaning; waarschuwing; wekroep
force impuls; prikkel; stimulans aandrift; daadkracht; doortastendheid; druk; dwang; dynamiek; energie; esprit; felheid; fermheid; fiksheid; flinkheid; forsheid; fut; geweld; heftigheid; hevigheid; intensiteit; invloed; kracht; krachtdadigheid; macht; momentum; pressie; puf; sterkte; stevigheid; vermogen; werklust
force propulsive impuls; prikkel; stimulans aandrijving; dynamiek; motor; stuwkracht; voortstuwing
impulsion aanmoediging; aansporing; animering; impuls; luim; opwekking; opwelling; prikkel; stimulans; stimulering aandrang; aandrift; aanzet; drang; drift; duw; duwtje; gevoel; impuls; initiatief; instinct; intuïtie; neiging; por; stoot; stootje; zet
incitation aanmoedigen; aanmoediging; aansporen; aansporing; aanzet; aanzetten; animering; impuls; opwekking; prikkel; stimulans; stimuleren; stimulering aanmoediging; aansporen; aansporing; aanstichting; instigatie; opwekking; steun; stimulans; uitlokking; veroorzaking
instigation aanzet; animering; opwekking; prikkel aanstichting; instigatie; instigeren; opwekken; uitlokking; veroorzaking
instinct impuls; luim; opwelling; prikkel aandrift; drift; gevoel; instinct; intuïtie; natuurdrift
piquant impuls; prikkel; stimulans hatelijke opmerking; hatelijkheid; sarcasme; stekeligheid
poussée impuls; prikkel; stimulans aandrang; aandrift; aandrijfkracht; aandrijving; ambitie; daadkracht; drang; drijfkracht; drukte; duw; duwtje; dynamiek; eerzucht; energie; esprit; fut; gedrang; geduw; kracht; momentum; motor; por; puf; stoot; stootje; stuwkracht; toeloop; toevloed; voortstuwing; werklust; zet
stimulant aanmoedigen; aanmoediging; aansporen; aansporing; aanzet; aanzetten; animering; impuls; opwekking; prikkel; stimulans; stimuleren; stimulering doping; drug; genotmiddel; opwekkend middel; pep; pepmiddel; staaldrank; stimulerend middel
stimulation aanmoedigen; aanmoediging; aansporen; aansporing; aanzet; aanzetten; animering; impuls; opwekking; prikkel; stimulans; stimuleren; stimulering aanmoediging; aansporen; aansporing; opwekking; steun; stimulans; stimulatie
stimuli aanmoediging; aansporing; animering; impuls; opwekking; prikkel; stimulans; stimulering drijfveren; prikkels; stimulansen; stimuli
stimulus aanmoediging; aansporing; aanzet; animering; impuls; opwekking; prikkel; stimulans; stimulering
OtherRelated TranslationsOther Translations
stimulant stimulans
ModifierRelated TranslationsOther Translations
piquant fel; gekruid; gepeperd; hanig; hartig; heet; kruidig; met sarcasme; met stekels; opwindend; pikant; pinnig; pittig; sarcastisch; scherp; scherp van smaak; sexy; smaak prikkelend; snibbig; stekelig; stekend; vinnig; vlijmend; vlijmscherp
stimulant aansporend; animerend; bemoedigend; hartversterkend; opwekkend; stimulerend

Related Words for "prikkel":


Wiktionary Translations for prikkel:

prikkel
noun
  1. Encouragement sous forme d’avantage ou d’indemnisation offerts pour inciter à l’activité économique.

Cross Translation:
FromToVia
prikkel stimulation Stimulation — das Stimulieren, die Stimulierung

Related Translations for prikkels