Noun | Related Translations | Other Translations |
offending
|
|
krenking; kwetsing
|
Adjective | Related Translations | Other Translations |
indecent
|
aanstootgevend; aanstotelijk
|
achterbaks; amoreel; boers; geniepig; gluiperig; hufterig; immoreel; in het geniep; lomp; onbehoorlijk; onbehouwen; onbeleefd; onbeschaafd; onbeschoft; onbetamelijk; oneerbaar; onfatsoenlijk; ongehoord; ongemanierd; ongepast; onhoffelijk; onpassend; ontaard; onwelgevoegelijk; onwelvoegelijk; onwelvoeglijk; onzedelijk; onzedig; snood; stiekem; zedeloos
|
objectionable
|
aanstootgevend; aanstotelijk
|
afkeurenswaardig; laakbaar; lakenswaardig; verwerpelijk
|
offending
|
aanstootgevend; aanstotelijk
|
beledigend; grievend; krenkend; kwaadsprekend; kwetsend; lasterlijk; smadend
|
offensive
|
aanstootgevend; aanstotelijk
|
aanvallend; achterbaks; agressief; boers; geniepig; gewelddadig; gluiperig; grievend; hufterig; in het geniep; krenkend; kwetsend; lomp; offensief; onbehoorlijk; onbehouwen; onbeleefd; onbeschaafd; onbeschoft; ongemanierd; onhoffelijk; snood; stiekem; stotend
|