Dutch
Detailed Translations for single from Dutch to English
single:
-
single (alleenstaand)
Translation Matrix for single:
Noun | Related Translations | Other Translations |
bachelor | alleenstaande; aspirant; gegadigde; geinteresseerde; kandidaat; vrijgezel | |
single | alleenstaande; plaatje; singeltje; vrijgezel | |
spinster | oude vrijster; vrijster | |
Adjective | Related Translations | Other Translations |
single | alleenstaand; single | alleenstaand; een; eenmans; eenpersoons; eentje; ongebonden; ongehuwd; ongetrouwd; op zichzelf; vrijgezel |
unattached | alleenstaand; single | alleenstaand; onafhankelijk; ongebonden; vrijgezel |
Modifier | Related Translations | Other Translations |
bachelor | alleenstaand; single | |
spinster | alleenstaand; single |