Summary
Dutch Synonyms:   more detail...
  1. huisschilders:
  2. huisschilder:


Dutch

Detailed Synonyms for huisschilders in Dutch

huisschilders:

huisschilders [de ~] noun, plural

  1. de huisschilders
    de schilders; de ververs; de huisschilders

Related Words for "huisschilders":


huisschilders form of huisschilder:

huisschilder [de ~ (m)] noun

  1. de huisschilder
    de schilder; de verver; huisschilderes; de huisschilder

Related Words for "huisschilder":