Summary
Dutch to Swedish:   more detail...
  1. demilitariseren:


Dutch

Detailed Translations for demilitariseren from Dutch to Swedish

demilitariseren:

demilitariseren verb (demilitariseer, demilitariseert, demilitariseerde, demilitariseerden, gedemilitariseerd)

  1. demilitariseren
    avväpna; demilitarisera
    • avväpna verb (avväpnar, avväpnade, avväpnat)
    • demilitarisera verb (demilitariserar, demilitariserade, demilitariserat)

Conjugations for demilitariseren:

o.t.t.
  1. demilitariseer
  2. demilitariseert
  3. demilitariseert
  4. demilitariseren
  5. demilitariseren
  6. demilitariseren
o.v.t.
  1. demilitariseerde
  2. demilitariseerde
  3. demilitariseerde
  4. demilitariseerden
  5. demilitariseerden
  6. demilitariseerden
v.t.t.
  1. heb gedemilitariseerd
  2. hebt gedemilitariseerd
  3. heeft gedemilitariseerd
  4. hebben gedemilitariseerd
  5. hebben gedemilitariseerd
  6. hebben gedemilitariseerd
v.v.t.
  1. had gedemilitariseerd
  2. had gedemilitariseerd
  3. had gedemilitariseerd
  4. hadden gedemilitariseerd
  5. hadden gedemilitariseerd
  6. hadden gedemilitariseerd
o.t.t.t.
  1. zal demilitariseren
  2. zult demilitariseren
  3. zal demilitariseren
  4. zullen demilitariseren
  5. zullen demilitariseren
  6. zullen demilitariseren
o.v.t.t.
  1. zou demilitariseren
  2. zou demilitariseren
  3. zou demilitariseren
  4. zouden demilitariseren
  5. zouden demilitariseren
  6. zouden demilitariseren
en verder
  1. ben gedemilitariseerd
  2. bent gedemilitariseerd
  3. is gedemilitariseerd
  4. zijn gedemilitariseerd
  5. zijn gedemilitariseerd
  6. zijn gedemilitariseerd
diversen
  1. demilitariseer!
  2. demilitariseert!
  3. gedemilitariseerd
  4. demilitariserend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for demilitariseren:

VerbRelated TranslationsOther Translations
avväpna demilitariseren
demilitarisera demilitariseren