Summary
Dutch to Swedish:   more detail...
  1. uitwijzing:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for uitwijzing from Dutch to Swedish

uitwijzing:

uitwijzing [de ~ (v)] noun

  1. de uitwijzing
    utvisning; utslutning; utdrivning
  2. de uitwijzing
    utvisning

Translation Matrix for uitwijzing:

NounRelated TranslationsOther Translations
utdrivning uitwijzing verjaging
utslutning uitwijzing
utvisning uitwijzing ballingschap; deportatie; uitbanning; verbanning

Related Words for "uitwijzing":

  • uitwijzingen

Wiktionary Translations for uitwijzing:


Cross Translation:
FromToVia
uitwijzing utvisning; uteslutning; relegering expulsion — the act of expelling or the state of being expelled