Summary
Dutch to Swedish:   more detail...
  1. verwensen:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for verwensen from Dutch to Swedish

verwensen:

verwensen verb (verwens, verwenst, verwenste, verwensten, verwenst)

  1. verwensen (vervloeken; verdoemen)
    fördöma; svärja; förbanna
    • fördöma verb (fördömer, fördömde, fördömt)
    • svärja verb (svärjar, svärjade, svärjat)
    • förbanna verb (förbannar, förbannade, förbannat)

Conjugations for verwensen:

o.t.t.
  1. verwens
  2. verwenst
  3. verwenst
  4. verwensen
  5. verwensen
  6. verwensen
o.v.t.
  1. verwenste
  2. verwenste
  3. verwenste
  4. verwensten
  5. verwensten
  6. verwensten
v.t.t.
  1. heb verwenst
  2. hebt verwenst
  3. heeft verwenst
  4. hebben verwenst
  5. hebben verwenst
  6. hebben verwenst
v.v.t.
  1. had verwenst
  2. had verwenst
  3. had verwenst
  4. hadden verwenst
  5. hadden verwenst
  6. hadden verwenst
o.t.t.t.
  1. zal verwensen
  2. zult verwensen
  3. zal verwensen
  4. zullen verwensen
  5. zullen verwensen
  6. zullen verwensen
o.v.t.t.
  1. zou verwensen
  2. zou verwensen
  3. zou verwensen
  4. zouden verwensen
  5. zouden verwensen
  6. zouden verwensen
diversen
  1. verwens!
  2. verwenst!
  3. verwenst
  4. verwensend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for verwensen:

NounRelated TranslationsOther Translations
förbanna ban; kerkban
VerbRelated TranslationsOther Translations
förbanna verdoemen; vervloeken; verwensen bannen; bezweren; ketteren; uitbannen; uitstoten; uitwijzen; uitzetten; verbannen; verdrijven; verjagen; vloeken; wegjagen
fördöma verdoemen; vervloeken; verwensen afkeuren; klikken; ongeschikt verklaren; slecht voorstellen; verdoemen; verketteren; verklappen; veroordelen; veroordelen tot de hel; vonnissen
svärja verdoemen; vervloeken; verwensen een eed doen; zweren

Wiktionary Translations for verwensen:


Cross Translation:
FromToVia
verwensen förbanna; fördöma maudirelancer des imprécations contre quelqu’un pour qu’il lui arriver du mal.